Blad 2 Primair heeft dit zich gericht op de wijzigingen in het objectief verdeelmodel, omdat hierover de Tweede Kamer een besluit moest nemen. De ontwikkelingen in het macrobudget blijven wel punt van aandacht voor de VNG en ook voor Divo- sa In het lobbytraject zijn brieven richting Tweede Kamer ge stuurd en zijn er verschillende bestuurlijke contacten met Tweede Kamerleden geweest. In eerste instantie is in dit traject ingezet op het bevriezen van het huidige model en verder onderzoek, voordat een nieuw model zou worden geïm plementeerd. Toen dit niet haalbaar bleek is ingezet op het beperken van de (negatieve) herverdeeleffecten van het voorgestelde nieuwe model. Dit laatste was ook de inzet van de VNG richting Tweede Kamer. Uiteindelijk heeft de Tweede Kamer inderdaad besloten tot een beperking van de herverdeeleffecten. In plaats van maximaal 10% zijn deze nu terug gebracht tot maximaal 7,5%. Voor Leeuwarden biedt dit weinig soelaas, omdat het ver wachte herverdeeleffect onder de 5% ligt. Wel heeft de lob by indirect een belangrijk punt opgeleverd. In het oor spronkelijke voorstel van de staatssecretaris werd er van uit gegaan dat het voorgestelde objectief verdeelmodel niet verder te verbeteren zou zijn. De Tweede Kamer heeft laten weten dat zij verklaarbaarheid van de verdeelsystematiek nog onvoldoende vindt en dat er verder onderzoek dient plaats te vinden. Dit biedt in onze ogen kansen om tot een aanpassing van het objectief verdeelmodel te komen, welke meer recht doet aan Leeuwarden. In de kaderbrief 2005 die op 27 juni 2005 aan u is aangebo den is melding gemaakt van de dreigende tekorten op het I-deel in 2005 en volgende jaren. U heeft daarvoor in 2006 2,1 miljoen gereserveerd. Wij hebben u toen aangekondigd dat wij vóór de behandeling van de programmabegroting 2 006 hierop terugkomen en voorstellen zullen doen in hoeverre beleidsmatige maatregelen mogelijk zijn om de geraamde te korten terug te dringen. Met dit voorstel wordt daaraan invulling gegeven, zelfs zodanig dat voor een structureel bedrag van 3,7 miljoen vanaf 2006 geen beroep op de daarvoor bestemde reservering in de ontwerp-begroting 2006 nodig is. Echter, zeer recent is bekend geworden dat het ministerie van SZW bij de lande lijke verdeling van de indicatieve budgetten voor het WWB- inkomensdeel een fout heeft gemaaktDit betekent voor Leeuwarden wederom een neerwaartse bijstelling van het in dicatieve budget met 900.000 tot 49,4 miljoen ten op zichte van het budget waarmee in deze nota rekening was gehouden 50,3 miljoen). Wij stellen de Raad voor om deze 900.000 in 2006 wel te dekken ten laste van de daarvoor bestemde reservering in de ontwerp-begroting 2006. Blad 3 Onderstaand zullen wij een toelichting geven op de Leeuwar der situatie, de oorzaken van het tekort nader uitleggen en vervolgens komen met voorstellen om de geraamde tekorten voor de jaren 2005 en 2006 te dekken door beleidsmatig een aantal keuzes te maken. 2Achtergrond De financieringssystematiek van de WWB ziet erop dat de gemeente voor de uitvoering van de WWB twee budgetten krijgt. Een budget voor de bekostiging van de uitkeringen (het I-deel) en een vrij besteedbaar reïntegratiebudget (het W-deel)Het niet bestede deel van het budget voor het W-deel dient terugbetaald te worden aan het rijk. Wel geldt er een meeneemregeling waardoor niet gebruikte middelen van het ene begrotingsjaar alsnog in een volgend begrotingsjaar ingezet kunnen worden. Overschotten op het I-deel mogen behouden worden met als gedachte dat de gemeente zo geprikkeld wordt actief beleid te voeren om het bijstandsvolume te beperken. Bij de vaststelling van de gemeentelijke budgetten voor 2002 is voor het eerst (gedeeltelijk) gebruik gemaakt van het objectief verdeelmodel. Het model is in de loop van de jaren steeds verder ontwikkeld. Tot 2004 werden de bijstandsuitgaven van gemeenten voor 25% van de uitkeringslasten op basis van budgetten bekostigd en voor 75% op basis van declaraties. Bij de invoering van de WWB is hier verandering in gekomen. In 2004 is voor de gro tere gemeenten het objectief verdeelmodel al op 40% van het budget toegepast. Het restant is verdeeld op basis van his torische kosten. Voor 2005 is het verbeterd objectief ver deelmodel voor 73% toegepast, aangevuld met een historisch aandeel van 27%. De bedoeling was om voor de jaren na 2005 het historisch aandeel verder af te bouwen en in 2007 het objectief model volledig toe te passen op het I-deel. Dit is door het rijk versneld: in 2006 zal het objectief ver deelmodel nu al voor 100% worden toegepast. Het jaarbudget voor het W-deel wordt met ingang van 2006 voor het eerst door middel van een objectief verdeelmodel verdeeld. Maar zoals eerder al is aangegeven, leidt dit niet tot onoverkomelijke problemen voor de gemeente Leeu warden 3Oorzaken tekort op het Inkomensdeel Het beschikbare budget voor het I-deel van een individuele gemeente wordt in twee stappen bepaald. Allereerst stelt het Rijk vast wat er in totaal, op rijksniveau, benodigd is voor het I-deel: het macrobudget.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 2005 | | pagina 308