inhoudsopgave
Overzicht bijlagen:
Bijlage A Overzicht uitzettingen en inkrimpingen
Bijlage B Formulieren en totaaloverzicht nieuw beleid
Bijlage C Begrotingsbenchmark
Bijlage D Meerjaren Investeringsprogramma (MIP) 2005-2008
- Overzichten MPI, ISV en MIP
- Formulieren ISV en SIOF
Bijlage E Overzichten MPI en formulieren MIP 2005-2008 (niet openbaar; deze bijlage ligt voor
raadsleden ter inzage)
Bijlage F Verloop reserves en voorzieningen
Bijlage G Uitbreidings- en vervangingsinvesteringen
Bijlage H Overzicht vaste activa
Bijlage I Overzicht opgenomen geldleningen
Bijlage J Overzicht subsidies aan instellingen
2
1. Programmabegroling 20ÖÊ, hoofdlijnen
1.1 Hoofdlijnen
1. PROGRAMMABEGROTING 2006, HOOFDLIJNEN
1.1 Hoofdlijnen
De begroting 2006 is een bijzondere begroting. Voor het eerst sinds jaren zijn bezuinigingen niet
nodig. Er is ruimte voor nieuw beleid en de laagste stand van de Algemene Reserve komt op de
afgesproken minimumstand van 10 min. Voor structureel nieuw beleid is in deze beleidsplanperiode
ruim 0,9 min uitgetrokken terwijl voor€ 3,0 min incidenteel aan nieuw beleid is ingevuld.
Bij het verloop van de Algemene Reserve mag verder niet onvermeld blijven dat hierop alleen in 2006
een beroep gedaan moet worden voor het sluitend maken van de begroting. In de jaren daarna is dat
niet nodig en is er steeds sprake van een storting in de Algemene Reserve.
In deze begroting is op een aantal manieren rekening gehouden met (mogelijke) toekomstige
tegenvallers. Zo is er bijvoorbeeld, in verband met de te verwachten overschrijding van het budget in
2006 voor de Wet Voorzieningen Gehandicapten, incidenteel ruimte gemaakt. Ook voor de Wet Werk
en Bijstand (WWB) wordt incidenteel rekening gehouden met een forse financiële tegenvaller in
verband met de verlaging van het rijksbudget. Verder is in de meerjarenraming de groeiprognose van
de algemene uitkering uit het gemeentefonds in 2007 enigszins afgevlakt. Deze veronderstelde
stijging komt ons als te hoog voor en van de kant van het rijk kan er ook geen verklaring voor worden
gegeven. Andere vraagstukken met mogelijk grote financiële gevolgen, die zich in de nabije toekomst
zullen aandienen, zijn o.a. de voortzetting van het GWP, onderhoud en uitbreiding van de
sportaccommodaties, de sociale voorzieningen in Zuidlanden en Jeugdbeleid. Het
meerjarenperspectief laat vanaf 2007 een structurele ruimte zien van ca. 0,6 min. Omdat de
gemeente Leeuwarden, zoals aangegeven, de komende jaren nog grote vraagstukken en opgaven te
wachten staan, is deze structurele ruimte vanaf 2007 gereserveerd. Daarnaast wordt ingezet op het
oplossen van de problemen rond de WWB en WVG/Wet Maatschappelijke Opvang (WMO) om zo de
structurele nadelige financiële gevolgen te voorkomen.
Bij het gunstige meerjaren beeld dat hiervoor kort werd geschetst, is ook nog een andere relativering
op zijn plaats. Het gunstige beeld is in belangrijke mate te danken aan de ontwikkeling van de
algemene uitkering uit het gemeentefonds. Deze, voor onze gemeente zeer belangrijke
inkomstenbron, is niet of nauwelijks te beïnvloeden en fluctuaties (positieve en negatieve) doen zich
soms onverwacht voor. Dat brengt dus met zich mee dat het financiële beeld snel kan omslaan en erg
afhankelijk is van het rijksbeleid. In die zin is de financiële positie van de gemeente Leeuwarden
kwetsbaar.
Deze afhankelijkheid wordt in de toekomst nog groter door o.a. het afschaffen van het gebruikersdeel
van de OZB-woningen. Naar het zich nu laat aanzien treedt deze maatregel, na een jaar uitstel, in
2006 in werking en worden gemeenten via de algemene uitkering gecompenseerd voor het wegvallen
van deze inkomsten. In de begroting is hier dan ook rekening mee gehouden, inclusief de hiermee
samenhangende herinvoering van een kostendekkende rioolheffing. Wij tekenen hierbij wel aan dat er
in de begroting geen rekening is gehouden met de zgn. suppletie-uitkering. Deze uitkering moet de
negatieve herverdeeleffecten, die worden veroorzaakt door het afschaffen van het gebruikersdeel
OZB-woningen, compenseren. Zoals bekend is de gemeente Leeuwarden een nadeel-gemeente. De
hoogte en duur van deze uitkering is echter met zeer veel vragen en onduidelijkheden omgeven en is
daarom op basis van voorzichtigheid volledig buiten de begroting gehouden. Door inzet van de
reservering, die al in de begroting was opgenomen voor het opvangen van het nadelig
herverdeeleffect, heeft het afschaffen van het gebruikersdeel OZB-woningen nu geen negatief
financieel effect. Met dit alles is een voorlopig einde gekomen aan de onzekerheid en onduidelijkheid
over de negatieve financiële effecten van de afschaffing van het gebruikersdeel OZB-woningen op de
begroting.
Net als vorig jaar is ook deze begroting tot stand gekomen nadat door de gemeenteraad een aantal
keren uitvoerig over de kaderbrief is gediscussieerd. Op basis daarvan is een pakket aan voorstellen
voor nieuw beleid samengesteld dat, gelet op het raadsdebat en de behandeling van de kaderbrief in
de raad, kan rekenen op een breed draagvlak in de gemeenteraad. Het gaat in totaal om 3.060.000
incidentele en 911.000 structurele ruimte voor nieuw beleid die als volgt over de volgende
programma's is verdeeld:
3