2. Bslöias
2,2 Da paragrafen: Lokale heffingen
om de wettelijke kwijtscheldingsmogelijkheden zo optimaal mogelijk te benutten. Daarnaast streeft de
gemeente er naar de kwijtscheldingsregeling zo makkelijk mogelijk voor de burgers toe te passen. Dat
betekent onder andere:
automatische kwijtschelding voor degenen die per 1 januari van het betreffende jaar in de
uitkeringenadministratie van de gemeente opgenomen zijn. Steekproefsgewijs wordt hierbij
gecontroleerd of zij aan de kwijtscheldingsnormen voldoen;
verzoeken om kwijtschelding kunnen voor alle daarvoor in aanmerking komende belastingen via
één verzoek worden ingediend;
kwijtscheldingsverzoeken die bij het Wetterskip ingediend worden, worden eveneens beschouwd
als een kwijtscheldingsverzoek voor de gemeentelijke heffingen en vice versa.
In Leeuwarden is kwijtschelding mogelijk van de afvalstoffenheffing en de hondenbelasting. Voor de in
2006 in te voeren rioolheffing wordt voorgesteld om eveneens kwijtschelding mogelijk te maken. Als
gevolg van het afschaffen van het gebruikersdeel van de OZB-woningen is geen kwijtschelding van
het gebruikersdeel meer mogelijk voor de OZB.
In onderstaande tabellen staat een aantal gegevens over de kwijtschelding weergegeven.
Omschrijving
Rekening
2003
Rekening
2004
Begroting
2005
Begroting
2006
OZB-gebruikers
5.332
5.700
5.750
0
Rioolheffing
-
-
-
5.850
Afvalstoffenheffing
5.310
5.752
5.700
5.850
Hondenbelasting
676
758
700
775
Totaal aantal ingediende
kwijtscheldingsverzoeken
11.318
12.210
12.150
12.475
Tabel: Aantallen kwijtscheldingsverzoeken per jaar
Belastingsoort
Rekening
2003
Rekening
2004
Begroting
2005
Begroting
2006
OZB-gebruikers
464.303
561.600
375.000
0
Afvalstoffenheffing
1.075.461
1.254.000
1.198.000
1.247.000
Rioolheffing
-
-
183.000
Hondenbelasting
46.933
50.000
50.000
50.000
Totaal
1.586.697
1.865.600
1.623.000
1.480.000
Tabel: kwijtgescholden belastingbedragen per belastingsoort per jaar (in
Geconstateerd kan worden dat er per saldo sprake is van een afname van de kwijtschelding. Dit wordt
veroorzaakt door het afschaffen van het gebruikersdeel van de OZB-woningen. In totaliteit wordt circa
10% van de voor kwijtschelding in aanmerking komende belastingopbrengst kwijtgescholden.
Uitvoering Wet waardering onroerende zaken (Wet WOZ)
Op 1 januari 1995 is de Wet WOZ van kracht geworden. Doelstelling van deze wet is te komen tot een
uniforme heffingsgrondslag voor een aantal belastingen (eigen woning forfait van de
inkomstenbelasting, de OZB en omslag bebouwd van de waterschappen). Daarnaast is de trend dat
de WOZ-gegevens ook meer en meer een rol spelen in het maatschappelijk verkeer. Steeds meer
hypotheekverstrekkers stellen bijvoorbeeld niet meer de eis van een taxatierapport maar accepteren
de WOZ-waarde. Dit voorkomt onnodige kosten bij de woningbezitters.
Periodiek wordt de waarde van een onroerende zaak bepaald. Deze waardebepaling gaat uit van de
marktsituatie op een bepaald moment. Dit moment wordt ook wel de waardepeildatum genoemd. De
waardepeildatum van het huidige WOZ-tijdvak (2005 - 2006) is 1 januari 2003. Begin 2005 is door de
gemeente de voor het tijdvak 2005- 2006 vastgestelde waarde op de gecombineerde aanslag aan alle
belanghebbenden (eigenaren en gebruikers) meegedeeld. Dit is de zogenaamde beschikking op
aanslag. Dit heeft slechts tot circa 2.500 bezwaren geleid. Dit is ongeveer 4% van het totaal. Landelijk
ligt het bezwaarpercentage op 6%. Het lage bezwaarpercentage is opmerkelijk gelet op de grote
problemen tijdens de herwaardering in 2001. Het bezwaarpercentage lag toen in Leeuwarden op circa
15%!
150
2. Beleidsbegroting
2.2 Dé paragrafen: Lokale heffin
Eind 2005 starten de voorbereidingen voor de herwaardering 2007 met als waardepeildatum 1 januari
2006. Met ingang van 2007 zal naar alle waarschijnlijkheid een jaarlijkse herwaardering plaatsvinden.
Gedachte hierachter is het terugdringen van de uitvoeringskosten van de Wet WOZ. De noodzakelijke
aanpassingen van de Wet WOZ zijn momenteel nog in voorbereiding.
Lokale lastendruk
De ontwikkeling van de lokale lastendruk is een onderwerp dat de laatste jaren extra in de
belangstelling staat, vanwege het beleid van de vorige kabinetten tot een verlichting van de collectieve
lastendruk te komen. Bij de landelijke politiek bestaat de vrees dat landelijke verlichtingsmaatregelen
teniet zouden worden gedaan door stijging van de lokale lasten. Deze vrees is ook een van de
drijvende krachten achter de voorgenomen maatregelen van het kabinet rondom de OZB.
In onderstaande voorbeelden wordt een benadering gegeven van de ontwikkeling van de lokale
lastendruk in Leeuwarden over een aantal jaren. Hierbij wordt ervan uitgegaan dat de waarde van de
onroerende zaak precies met het gemiddelde stijgingspercentage toeneemt van 2004 (dit gaat over
een periode van 4 jaar (peildatum 1 januari 1999) naar 2005 (peildatum 1 januari 2003). Voor de
woningen is het gemiddelde stijgingspercentage 52% en voor de niet-woningen 25%.
Voorbeeld 1
Hierbij wordt uitgegaan van een meerpersoons huishouden, dat een eigen woning bezit met een
WOZ-waarde in 2005 van 152.000. Van 2001 - 2004 was de WOZ-waarde 100.000. In 2006 is de
waarde-eenheid 2.500, van 2001-2005 was de waarde-eenheid 2.268.
Belastingsoort
2001
2002
2003
2004
2005
2006
OZB
491
488
520
553
572
241
Afvalstoffenheffing
215
230
276
282
296
300
Rioolrechten
0
0
0
0
0
159
Totaal
706
718
796
835
868
700
Stijgingspercentage t.o.v. voorgaand
Nvt
1,7
10,9
4,9
4,0
-/-19,0
jaar
Tabel: Ontwikkeling lokale lastendruk voor standaard meerpersoonshuishouden (in
Voorbeeld 2:
Hierbij wordt uitgegaan van een eenpersoons huishouden, dat een huurwoning heeft met een WOZ-
waarde van 91.200. Van 2001 - 2004 was de WOZ-waarde 60.000. In 2006 is de waarde-eenheid
2.500, van 2001-2005 was de waarde-eenheid 2.268.
Belastingsoort
2001
2002
2003
2004
2005
2006
OZB
128
128
136
145
152
0
Afvalstoffenheffing
178
190
241
246
258
262
Rioolrechten
Oj
32
Totaal
306
318
377
391
410
294
Stijgingspercentage t.o.v. voorgaand
Nvt
3,9
18,6
3,7
4,9
-/- 28,3
jaar
Tabel: Ontwikkeling lokale lastendruk voor standaard eenspersoonshuishouden (in
Voorbeeld 3:
Hierbij wordt uitgegaan van een ondernemer, die een eigen bedrijfspand heeft met een WOZ-waarde
van 2.500.000. In 2006 is de waarde-eenheid 2.500, van 2001-2005 was de waarde-eenheid
2.268. De ondernemer laat zijn bedrijfsafval inzamelen door de gemeente.
151