Blad 2
voetbalorganisaties afkomstig buiten de gemeente
Leeuwarden, waarbij ten minste één betaald-
voetbalorganisatie is betrokken, dan wel in
geval van wedstrijden tussen vertegenwoordigende
elftallen
c. degene die buiten de gevallen, genoemd onder a
en b een voetbalwedstrijd organiseert, waarbij
ten minste één betaalvoetbalorganisatie is
betrokken.
2) voetbalwedstrijd: een voetbalwedstrijd georganiseerd door
een organisator als bedoeld onder lid 1
3) stadion: het voetbalstadion gelegen aan het Cambuurplein
44, 8921 RG te Leeuwarden, onder de omgeving wordt verstaan:
het gebied dat wordt omsloten door de volgende straten:
Noordvliet, Archipelweg tot/met rotonde, Esdoornstraat,
Schieringerweg, Eikenstraat, vervolg Archipelweg (tot/met
rotonde Vrijheidsplein)Groningerstraatweg, Bleeklaan
(tot/met rotonde Noordvliet)De wegen zelf tellen ook mee.
Artikel 2.2.2b. Kennisgeving.
1 de organisator is verplicht ten minste dertig dagen
voor de vastgestelde speeldag van een voetbalwedstrijd
als bedoeld in het eerste lid daarvan schriftelijk
kennisgeving te doen aan de burgemeester;
2 Indien een kennisgeving, gelet op het tijdstip waarop
de speeldatum wordt vastgesteld, niet vier weken
tevoren kan worden gedaan, dient de organisator van
de na de vaststelling van de speeldatum hiervan de
burgemeester schriftelijk in kennis te stellen, maar
in ieder geval één week voor de speeldatum.
3 de burgemeester kan ontheffing verlenen van de onder
1. bepaalde termijn.
4 De kennisgeving bedoeld in het eerste lid kan
meerdere wedstrijden betreffen.
5 De burgemeester kan, met betrekking tot een
voetbalwedstrijd, aan de organisator voorschriften
opleggen in het belang van de openbare orde en
veiligheid.
6 De burgemeester kan het doen spelen van een
voetbalwedstrijd verbieden:
a. uit vrees voor het ontstaan van ernstige
verstoring van de openbare orde;
b. indien de krachtens het vijfde lid opgelegde
voorschriften niet worden
nageleefd;
d. indien geen of niet tijdig schriftelijke
kennisgeving is gedaan als bedoeld in het tweede
lid.
7 Het is verboden een voetbalwedstrijd te doen spelen,
wanneer een verbod, als bedoeld in het zesde lid, is
uitgevaardigd.
Blad 3
Artikel 2.2.3 Ordeverstoring
Het is verboden bij een evenement als bedoeld in artikel 1,
lid 2 de orde te verstoren.
Artikel 2.2.4 Uitdagend gedrag e.d. bij een betaald
voetbalwedstrijd
1. Het is verboden bij een voetbalwedstrijd als bedoeld in
artikel 2.2.2a door uitdagend gedrag aanleiding te
geven tot wanordelijkheden of wanordelijkheden te
veroorzaken
2 Vanaf 4 uur voor het vastgestelde begin van de
wedstrijd tot 2 uur na afloop van de wedstrijd is het
verboden messen, knuppels, slagwapens of andere
voorwerpen, die als wapen e.g. projectiel kunnen worden
gebruikt, op een zodanige wijze mee te voeren opdat de
openbare orde of veiligheid in gevaar komt of kan
komen
3. Een ieder is verplicht bij een voetbalwedstrijd als
bedoeld in artikel 2.2.2.a alle aanwijzingen van
ambtenaren van politie en brandweer in het belang van
de openbare orde of veiligheid terstond en stipt op te
volgen.
Artikel 2.2.5 Stadionomgevingsverbod
1. De burgemeester kan aan een persoon schriftelijk het
verbod opleggen zich op te houden in de omgeving van
het stadion van de BVO Cambuur (dit gebied is
omschreven in artikel 2.2.2a) van vier uur voor het
vastgestelde aanvangstijdstip tot twee uur na afloop
van voetbalwedstrijden van de in artikel 2.2.2a
bedoelde organisator.
2De burgemeester kan overgaan tot het opleggen van het
in het eerste lid bedoeld verbod, indien de persoon
de openbare orde in of in de omgeving van genoemd
stadion in ernstige mate heeft verstoord op een dag
dat een wedstrijd van de in artikel 2.2.2a genoemde
organisator in dit stadion is gespeeld.
Voorgesteld wordt twee nieuwe artikelen op te voeren:
Verwijderingsplicht voetbalsupporters en Supportersstromen.
Deze worden opgenomen met name voor de situatie dat vele
"supporters" zich schuldig maken aan rellen en opruiend
gedrag rondom het stadion. Met de opname van deze artikelen
in de APV is het niet direct nodig om een noodbevel af te
kondigen, maar kan de politie wel effectief handelend
optreden
De artikelen luiden: