4\ q»
7 PRESTATIEVELD 5: BEVORDEREN VAN PARTICIPATIE EN ZELF
REDZAAMHEID
7.2. Doelstellingen, acties en resultaten
BELEIDSPLAN WMO 2008-2011
Acties
Planning 2008-2011
Een welzijnsinstelling verzoeken de onder
steuning van het Platform Vrijwillige
Thuishulp ter verzorgen.
2008
Toelichting:
Medio 2007 heeft de gemeente overleg gevoerd met het Platform Vrijwillige Thuishulp over de ondersteu-
ninginzet, omdat de huidige ondersteuning van Cozorg in 2008 wegvalt.
Mantelzorg
Acties
Planning 2008-2011
Extra kinderopvang-mogelijkheden voor mantelzorgers
2007
Panelonderzoek naar de vorm en effectiviteit van de huidige
ondersteuningsstructuur voor mantelzorgers
2008
Een Welzijnsinstelling (waarschijnlijk SWOL) verzoeken de
coördinatie en afstemming te organiseren van vrijwillige hulp
verlening, professionele hulpverlening en mantelzorgvragen
2008-2011
Vergroten van de bekendheid van de ondersteuningsstructuur
voor mantelzorgers
2008
|i)|
Toelichting:
Panelonderzoek naar ondersteuningsstructuur:
Bij het in kaart brengen van dit onderzoek wordt bekeken welke voorzieningen er zijn, welk deel van de
doelgroep deze bereiken en of ze voldoende zijn afgestemd op de vraag.
Dit gebeurt ook door het voeren van gesprekken met organisaties voor vrijwillige thuishulp en professionele
organisaties.
Een welzijnsinstelling voor ondersteuning mantelzorg en vrijwillige thuishulp:
De Stichting Welzijn Ouderen Leeuwarden heeft tot nu toe al uitvoerende taken vervuld op het terrein van
mantelzorgondersteuning. Deze Stichting is bereid deze eerstelijns taak te vervullen en zal dit niet alleen voor
de groep ouderen doen maar ook voor jonge mantelzorgers en jongere vrijwilligers in de thuishulp. De lokaal
werkende instelling is beter in staat zicht te houden op het dynamische veld van mantelzorg en vrijwillige
thuishulp.
Vergroten bekendheid ondersteuningsstructuur:
De bekendheid kan worden vergroot bijvoorbeeld door het op te richten Wmo-loket of de bestaande wel-
zijnsloketten (HWL,SWOL en MEE) en het maken van afspraken met huisartsen, maatschappelijk werkers,
thuiszorgaanbieders en andere eerstelijnshulpverleners met als doel snelle signalering en doorverwijzing van
(zwaar) belaste mantelzorgers ter voorkoming van overbelasting.
Bij de verdere uitwerking van dit prestatieveld zullen we ook de ideëen uit de beleidsbrief Mantelzorg en
vrijwiligers "Voor Elkaar" van de staatssecretaris van VWS betrekken, met name het voorbeeld uit Rotter
dam om mensen zonder werk met geringe kansen op de reguliere arbeidsmarkt in te schakelen.
-36-
BELEIDSPLAN WMO 2008-2011
Het bevorderen van de deelname aan het maatschappelijke verkeer en van het zelfstandig functioneren
van mensen met een beperking of een chronisch psychisch probleem en van mensen met een psychoso
ciaal probleem.
7.1 Beschrijving huidige situatie
7.1.1. Wat houdt het prestatieveld in?
In dit prestatieveld gaat het om de algemene voorzieningen in een gemeente die mensen in staat stellen om
zelfstandig een huishouden te voeren, zich te kunnen verplaatsen en sociale contacten te onderhouden. De
voorzieningen zijn bestemd voor een brede doelgroep, met name ouderen, gehandicapten en mensen met een
psychisch of psychosociaal probleem. Het gaat hier om een breed scala van mogelijke maatregelen zoals het
creëren van levensloopbestendige wijken of het bevorderen van de toegankelijkheid van de openbare ruimte
of het openbaar vervoer. Ook het organiseren van activiteiten met een zorg- of sociaal-recreatief en sportief
karakter voor specifieke doelgroepen valt hier onder.
7.1.2. Wat is de huidige stand van zaken in Leeuwarden
Woonservicezones
De uitdaging voor de gemeente is om te komen tot 'inclusief beleid', waarbij op alle terreinen van het ge
meentelijk beleid rekening wordt gehouden met mensen met beperkingen. In dat verband is het, zeker ook
gezien de toenemende vergrijzing, belangrijk dat een samenhangend beleid wordt gevoerd op het gebied van
wonen, zorg en welzijn. De woonservicezones zijn daarvoor een belangrijk instrument. Onder regie van de
gemeente vindt steeds nauwere samenwerking plaats tussen corporaties en instellingen voor zorg en welzijn.
Dit is een goed voorbeeld van het gezamenlijk met alle partijen vormgeven van de maatschappelijke onder
steuning in onze gemeente.
Diverse organisaties en instellingen hebben onder regie van de gemeente in 2004 met elkaar afgesproken
(Raamovereenkomst Woonservicezones) om in gezamenlijkheid te realiseren dat ouderen en mensen met een
zorgvraag zo lang mogelijk zelfstandig kunnen blijven wonen. Dit kan door:
Voldoende geschikte woningen en zorgwoningen.
Een zorginfrastructuur voor 24 uurs niet-planbare en planbare zorg in de gehele gemeente.
Een adequaat welzijnspakket voor ouderen en intensieve zorgvragers.
Een toegankelijke en veilige woonomgeving.
Uitwerking moet plaatsvinden volgens het concept van woonservicezone. Een woonservicezone, ook wel
levensloopbestendige wijk genoemd, is een wijk waar mensen tot in lengte van dagen zelfstandig kunnen
blijven wonen, ook als zij minder mobiel zijn of zorg nodig hebben. Er komen 13 woonservicezones tussen
2006 en 2015. Gereed tussen 2006 en 2008: Aldlan; binnenstad en Vliet westzone; Bilgaard;Vrijheidswijk;
Zuiderburen en Oud Zuid. De partijen die de Raamovereenkomst ondertekend hebben zijn: Nieuw Wonen
Friesland; Woonbedrijf CHF; Palet; Thuiszorg Het Friese Land; Zorggroep Noorderbreedte; Friesland Zorg
verzekeraar en de Gemeente Leeuwarden. Partijen hebben afgesproken dat bij het ontwikkelen van de woon
servicezones de vraag c.q. de woonwensen van ouderen en zorgvragers centraal zullen staan. Uitgebreidere
informatie is te vinden op www.woonservicezones.nl
7.2.1 Overwegingen vooraf
De prestatievelden 5 en 6 liggen zeer dicht bij elkaar. Beide zijn erop gericht dat mensen met beperkingen
zich zo zelfstandig mogelijk kunnen redden en kunnen deelnemen aan de maatschappij. Dat wil zeggen: wie
dat wil moet zelfstandig kunnen blijven wonen, met een goede kwaliteit van leven, een zo goed mogelijke
gezondheid en zo min mogelijk eenzaamheid. De samenhang is ook al schematisch weergegeven met het
denkmodel van de Wmo ladder in hoofdstuk 1 .In dit denkmodel gaan we er van uit dat het stimuleren en het
-37-