Kader verbonden partijen: Een kader voor het college van burgemeester en wethouders voor de aansturing, het beheer en het toezicht van/op de verbonden partijen. 11. De paragraaf Verbonden Partijen van de programmabegroting cq. jaarstukken informeert de raad onder meer over de begrote dan wel gerealiseerde resultaten van de verbonden partijen in relatie tot de beleidsdoelstellingen zoals opgenomen in het programmadeel van de begroting cq. jaarstukken. De paragraaf bevat tenminste informatie over: De naam en de vestigingsplaats; Het openbaar belang dat op deze wijze wordt behartigd; De veranderingen die zich tijdens het boekjaar hebben voorgedaan in het belang dat de gemeente in de verbonden partij heeft. Het eigen vermogen en het vreemd vermogen van de verbonden partij aan het begin en einde van het boekjaar. Het financiële resultaat van de verbonden partij. De beleidsvoornemens van de verbonden partij en de relatie met het gemeentelijk beleid (begroting). De geleverde prestaties van de verbonden partij in relatie tot het gemeentelijk beleid (jaarstukken). 2.6 Instrumentarium Na het meer beleidsmatige deel van het kader wordt in deze paragraaf een instrumenteel raamwerk beschreven. Het hieronder beschreven instrumentarium vormt de basis voor de sturing- en beheersingscyclus met betrekking tot verbonden partijen. Het via verbonden partijen realiseren van beleidsdoelstellingen en de verantwoording daarover vereist samenhang in sturen, beheersen, toezicht en verantwoorden. De gemeente stelt de kaders en laat de uitvoering over aan andere organisaties. Deze andere organisaties leggen verantwoording af over de uitvoering en verzorgen informatie die van belang is voor het evalueren van beleidsdoelstellingen. De activiteiten op het gebied van sturen, beheersen, toezicht uitoefenen en verantwoorden dienen onderling in balans te zijn en aan te sluiten bij de doelstellingen van een programma. Er moet een adequaat instrumentarium aanwezig zijn om de regierol naar behoren te kunnen vervullen. Daarbij wordt vooral gekeken naar de wijze waarop de middelen worden ingezet om de doelen te bereiken en de risico's die daar aan kleven. Het operationele kader voor het aansturen, beheer en toezicht is vorm gegeven door twee hoofd- instrumenten die ieder een te onderscheiden besluitvormingsfase ondersteunen: De risicoanalyse die inzicht moet verschaffen in de voor- en nadelen van de voorgestane samenwerking door de maatschappelijk, bestuurlijke en financiële risico's te benoemen en aan te geven hoe deze kunnen worden beheerd en beheerst. Dit instrument/document staat centraal bij de besluitvorming over het wel of niet deelnemen aan een verbonden partij (wat gaan we doen?). Als daarop bevestigend wordt besloten is de risicoanalyse input vóór het beheersprofiel en wordt in het kader van het beheer daarvan jaarlijks geactualiseerd. Het beheersprofiel (toezichtarrangement) dat op basis van de risicoanalyse de wijze van aansturing, beheer en toezicht vorm en inhoud geeft. Het beheersprofiel vormt het instrument voor de cyclische beoordeling van de regievoering over verbonden partijen nadat eenmaal tot deelneming is besloten. Het beheersprofiel geeft als afgeleide van het risicoprofiel van de verbonden partij aan welke activiteiten door wie op welke moment moeten worden uitgevoerd om voldoende sturing en toezicht te kunnen uitoefenen. Het onderhoud van de beheersprofielen moet zo veel mogelijk worden ingebed in de bestaande planning en controlcyclus. Zo zullen de beheersprofielen een belangrijke bron vormen voor de paragraaf verbonden partijen zoals hierboven beschreven en de paragraaf weerstandvermogen. Door deze koppeling van het nieuwe beheerskader voor de 7 Kader verbonden partijen: Een kader voor het college van burgemeester en wethouders voor de aansturing, het beheer en het toezicht van/op de verbonden partijen. verbonden partijen met bestaande P&C-instrumenten wordt de raad in staat gesteld zijn controlerende taak op dit vlak waar te maken. De beheersprofielen zijn in basis-vorm inmiddels beschikbaar en zullen de komende tijd nader worden aangescherpt en verfijnd. Dit zal in samenwerking met de gemeentelijke accountant geschieden. 2.7 Epiloog Het voorgaande laat onverlet dat het inzichtelijk maken van risico's en adequaat uitoefenen van toezicht niet betekent dat er geen tegenvallers kunnen ontstaan. Dat geldt in zijn algemeenheid en zeker in het bijzonder daar waar de overheid zich manifesteert in een marktomgeving. Beleidskader en richtlijnen moeten vooral gezien worden als hulpmiddel. Een hulpmiddel om in de beeld- en oordeelsvormingfase op allen niveaus en op allerlei momenten meer bewust tegen de achtergrond van risico's en gevolgen te komen tot besluitvorming.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 2007 | | pagina 581