- 4 - 10. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tôt wijziging van het raadsbesluit met betrekking tôt het aangaan van kasgeldleningen in 1947. Het voorstel is van de volgende inhoud: (bijlage 9). Het wordt zonder discussie en hoofdelijke stemming aangenomen en vastgesteld wordt het volgende besluit; (bijlage 10). 11. Voorstel van Burgemeester en Wethouders teneinde aan het gemeen- tepersoneel een gratificatiebedoeld als vacantie-toelagete verstrekken overeenkomstig de rijksregeling terzake. Het voorstel luidt als volgts (bijlage 11) Dit voorstel wordt zonder discussie en hoofdelijke stemming aan- 12. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tôt wijziging der ge- meentebegroting, dienst 1947. De concept-besluiten der wijzigingen nos. 7 en 8 worden zonder discussie en hoofdelijke stemming vastgesteld. De Voorzitter voegt nog aan de agenda toe puntï 13. Schrijven van Gedeputeerde Staten met betrekking tôt de oprich- ting van een reinigingsdienst aan de Pinkumervaart. De Voorzitter deelt de inhoud van de brief mede, waarvan de con- clusie is, dat Gedeputeerde Staten de betrekkelijke begrotingspost niet wensen goed te keuren, omdat het werk niet dringend noodzakelyk is, nu voor ongeveer dezelfde jaarlijkse kosten Leeuwarden bereid is de dienst voort te aetten. Het collège van Gedeputeerde Staten geeft» in overweging de oprichting voorshands achterwege te laten. De heer Bouma vraagt of de gemeente Leeuwarden voldoende geoutil- leerd is om de dienst ook voor Leeuwarderadeel uit te voeren. De Voorzitter antwoordt hierop bevestigend en deelt mede, dat Bur gemeester en Wethouders de Raad voorstellen voorlopig van de aanleg van het asland af te zien en de betrekkelijke post van de begroting dienst 1947, af te voeren. Hiertoe wordt zonder hoofdelijke stemming besloten. Rondvraag. De heer Bouma vraagt of de gemeente niet bereid zal zijn het z.g. Spokepad te Stiens, wat niet meer door het publiek wordt gebruikt,te verkopen. De naastleger, bakker de Jong, wil de grond graag kopen. De Voorzitter antwoordt, dat de verkoop van dit pad indertijd (1945) bij Burgemeester en Wethouders geen bezwaar ontmoette; het voorste gedeelte zou dan aan bakker de Jong en het achterste gedeel- te aan Mevr. Hoogeveen-Boelstra te Haarlem verkocht worden. De zaak heeft tôt nog toe geen voortgang gehad; Burgemeester en Wethouders hebben daarover nimmer meer iets gehoord. Wethouder Dijkstra geeft den heer Bouma in overweging zich ter zake te wenden tôt Notaris van Sloterdijck. Nadat de heer R. de Vries nog een inlichting heeft gevraagd over de uitvoering der Noodwet-ouderdomsvoorziening, wordt de vergadering ge sloten. genomen. Vastgesteld door de Raad der gemeente Leeuwardera deel in zijn openbs Voorzitter

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1947 | | pagina 7