a
2.08.741
De R a a d' der gemeente LEETOARBERADEELs
Gezien het voorstel van Burgemeester en Wethouders
d.d. 23 Maart 19505
B e s 1 u i t s
vast te stellen navolgcndes
VERORDENING, regelende de bezoldiging
van de ambtenaren in dienst der gemeen
te LEEUWARBERADEEL.
Artikel 1.
In deze verordening wordt onder ambtenaar verstaan hij die
door het bevoegd gezag der gemeente in vaste of tijdelijke
dienst is aangesteld en die zijn bezoldiging per maand of lan-
gere duur ontvangt.
Artikel 2.
1. De bezoldiging van de ambtenaren, die nog niet in functie
waren op 31 December 1943 wordt vastgesteld op de bij deze
verordening behorende bijlage A genoemde bedragen.
2. De bezoldiging van de ambtenaren, die op 31 December 1943
in functie waren en waarop artikel 2, 5e lid van de grens-
wijzigingsbeschikking van de Secretaris-Generaal van het
Département van Binnenlandse Zaken van 29 December 1943, no.
260399 B.B. (Bureau Staats- en Administratief recht) van
toepassing is, wordt vastgesteld op de bij deze verordening
behorende bijlage B genoemde bedragen.
3. De periodieke verhogingen worden vastgesteld op het aantal
en de bedragen al s in genoemde bijlagen A en B zijn aangege-
ven.
Artikel 3.
Al s diensttijd telt de tijd, welke de ambtenaar na het be-
reiken van de 21- jarige leeftijd als vast-, tijdelijk- of
ambtenaar op arbeidscontract naar burgerlijk recht in eenzelfde
functie is werkzaam geweest in dienst der gemeente Leeuwarderav
deel, met dien verstande, dat van de diensttijd op arbeidsover-
eenkomst naar burgerlijk recht doorgebracht, ten hoogste twee
jaren in aanmerking gebracht zullen kunnen worden.
Artikel 4.
1. De aanstelling der ambtenaren geschiedt op de minimum bezol
diging.
2. Bij gebleken geschiktheid en dienstijver worden de periodie
ke verhogingen toegekend door Burgemeester en Wethouders in
voege als in de bijlagen A en B, behorende bij deze verorde
ning, zijn vermeld.
3. Burgemeester en Wethouders kunnen, zowel bij eerste aanstel
ling en bevordering als om bijzondere reden extra periodieke
verhogingen toekennen tôt het maximum als voor de rang is
vastgesteld.
4.