-1.851.2A 02 Onderwerp Instandhouding 0.1. school voor gewoon onderwijs. rv H u i z u m, 11 December 1950. Ingevolge artikel 22 bis der Lager Onderwijswet 1520 besluit de gemeenteraad tôt opheffing ener openbare lagere school voor gevvoon onderwijs in een gemeente met minder dan 2oOOO indien de school een aantal leerlingen telt, berekend naar maatstaf van artikel 28 dier wet, van minder dan 50. Deze bepaling is evenwel niet van toepassing, indien ingevolge artikel 19» eerste lid, dier wet de instandhouding van die school wordt gevorderd. G-enoemd artikel 19» eerste lid, luidt als volgt; "Inlelke gemeente wordt voldoond lager onderwij s gegeven in een "genoegzaam aantal scholen, welke voor aile kinderen zonder onder «scheid van godsdienstige gezindheid, toegankelijjk zijn terwijl het tweede lid daaraantoevoegt, dat afwijking van deze bepaling niet kan worden toegelaton, indien de ouders, voogden of verzor- gers van twaalf of meer leerplichtige kinderen blijk geven, bat zij openbaar onderwijs voor deze kinderen in degemeente verlan ge n ofzolang nog acht of meer leerplichtige kinderen de bestaanue openbare school bezoeken. Vdo'r 1 Februari a.s. moet de gemeenteraad beslissen oi het gc val, bedoeld in het eerste lid van artikel 19 zich voordoet. Het desbetreffende besluit is onderworpen aan de goedkeuring van G-edeputeerde staten. Indien deze hebben beslist, dat een school in stand moet worden gehouden, dan geldt de plient tôt op heffing gedurende een termijn van drie jaren niet. Ten aanzien van de openbare lagere school te Britsum hebt U zich op 20 Hovember 1948 uitgesproken, welk besluit door de teae-- puteerde Staten d.d. 27 December d.a.v is goedgekeurd en dus geldt tôt en met het jaar 1951. Doch nu is in de loop van het jaar 1950 ook het leerlingtal der openbare lagere school te Hijun beneden 50 gedaaldzodat - zal de school in stand gehoudenIcunnen worden - U yoor 1 Pebruari a.s. een desbetreffend besluit moet nemen. Gerekena naai he ge middelde op de drie wettelijke teldata, bedraagt het aantal leer lingen dier school 47^/3. Het behoeft geen betoog» dat de 0.1. school te Hijum voor het noordelijk deel der gemeente niet gemist kan worden. Aan over- brenging van de leerling;en dezer school naar die te Stiens onoverkomenlijke bezwaren verbonden. Deze zijn zeker mindei groot indien plaats gezocht zou moeten worden op de scholen m aangrenzende gemeenten. Er is dan ook naar onze mening aile reden voor te verklaren, dat de instandhouding van de school te Hijum op grond van artikel 19 der Lager Onderwijswet 1920 wordt gevorderd, Voor het nemen van een dergelijk besluit gaat een ontwerp liiei bij Burgemeester en Wethouders van Leeuwarderadeel, Aan de R a a d De Secretaris, rWP—

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1950 | | pagina 35