•2.03. 742.8
De Raad der gemeente IEEOTARDERAIÏSELj
Gelezen de circulaire van de Minister van Binnenlandse Zaken
van 29 Mei 1951, nr. U 4396/G.afd. A.Z., bureau III s
Overwegende, dat, nu aan het daarvoor in aanmerking komende
rijkspersoneel over 1951 een voorsohot op de eerlang toe te kennen
vaoantie-toeslag zal worden verleend, het gewenst is voor het
dienovereenkomstige personeel der gemeente een soortgelijke maat-
regel te treffenj
Gezien het voorstel van Burgemeester en Wethouders d.d. 14 Ju-
ni j.l,j
B e s 1 u i t
vast te stellen de navolgende
VERORDENING TOT TOEKENNING AAN EEN GEEEELTE VAN HET GEMEENTEPERSO--
NÏÏE1 VAN EEN VOORSCHOT 0!P DE OVER 1951 TOE TE KENNEN VA GANT IE TOE SLA G
Artikel 1.
1. Deze verordening is van toepassing op de personen, die van 1
Januari 1951 tôt 1 Juli 1951 zonder wezenlijke onderbreking in
overheidsdienst werkzaam waren, en op 1 Juli 1951 in dienst der
gemeente waren aangesteld ala ambtenaar in vaste of tijdelijke
dienst, dan wel in dienst der gemeente werkzaam waren als werkne-
mer op arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht, een en ander
voorzover de bezoldiging of het loon van ^gemeentewege wordt gere-
geld en vastgesteld en niet rneer bedraagt dan f. 5027,40 per jaar.
2. Burgemeester en Wethouders kunnen bepaïen dat deze verordening
niet van toepassing zal zijn op een ambtenaar of op hem, met wie
een arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht is gesloten, indien
deze op grond van bijzondere omstandigheden een bezoldiging of een
loon geniet, dat hoger is dan de normale bezoldiging of het norma
le loon, dat in de door hem beklede betrekking pleegt te worden
genoten.
Artikel 2.
De verordening verstaat onders
1. "belanghebbendehem, op wie deze verordening van toepassing is,
2. "bezoldiging" of "loon"s aile inkomsten en voordelen door een
belanghebbende terzake van zijn dienstbetrekking op 1 Juli 1951
genoten, daaromder in voorkomende gevallen de huweli jkstoe lage en
de toelage, bedoeld in art. 5 van het toelagebesluit 1951, begre-
pen, en met uitzondering van de kindertoelagede kinderbijslag,
de kindertoeslag, de toelagen voor het bezit van diploma's, voor
zover deze voor het vervullen van do dienstbetrekking door belang
hebbende niet vereist zijn, de toelagen die met vergoedingen gelfjk
te stellen zijn, en het voorsohot op de jongste 5% salarisverho-
ging.
Artikel 3.
1. Aan de belanghebbende wordt in het jaar 1951 een voorschot op
de nog toe te kennen vaoantietoeslag verleend ten bedrage van 2%
van de bezoldiging ofhet loon, berekend over een geheel jaar, met
een maximum van f. 50,-.
2, Na 1 Juli 1951, tengevolge van herziening der salaris- of loon-
verordening, met terugwerkende kracht in werking tredende wijzigin-
gen in de bezoldiging of het loon van de belanghebbende brengen
geen verandering in het bedrag van het voorsohot met zioh mede.
- 3. -
B:j!age nr.
notulen Raad J"/S"/
