Burgemeester en Vifethouders doen de Raad het volgende voorstel
(bijlage 4). Zonder discussie en hoofdelijke stemming verenigt de
Raad zich hiermede en wordt het besluit vastgesteld, dat als bij-
lage no, 5 aan deze notulen is gehecht.
6. Verzoeken van de bovengenoemde schoolbesturen om vergœ ding
overeenkomstig artikel lOlbis dier wet, eveneens over 1950.
Dit voorstel luidt als volgt (bijlage 6). Het wordt zonder
discussie en hoofdelijke stemming aangenomen^ terwijl daarna het
besluit volgens bijlage 7 wordt vastgesteld.
7. Behandeling van de begroting voor de dienst van Sociale Zaken,
afdeling Armwezen, dienst 1952.
Het onderzoek van deze begroting in de seoties haeft geen
aanleiding gegeven tôt het maken van opmerkingen en het stellen
van vragen.
Zonder verdere discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt
zij goedgekeurd met de volgende balans:
Inkomsten f. 61,039,27
Uitgaven J_'61.039 ,27
Saldo nihil
8. Behandeling van de geme ente begroting voor de dienst 1952.
Het verslag van de Commissie van Rapporteurs nopens het on
derzoek van de begroting in de secties en de mémo rie van antwoord
van Burgemeester en Wethouders op dit verslag is als bijlage 8
aan deze notulen gehecht.
Door de heer Tolsma worden algemene beschouwingen gehouden.
Spreker brengt dahk aan Burgemeester en Wethouders voor wat
zij hebben gedaan op het gebied van woningbouw, ma&r hij vindt
het jammer, dat geen post op de begroting voorkomt, waaruit de
wenselijkheid van de bo-uw van een gemeentehuîs blijkt. Hij. acht
dit een stap terug. Er is wel een gemeentehuis, maar dit is niet
het huis der gemeente, aldus sprekor» Hij weet wel, dat thans
moeilijk aan het verlangen voldaan kan worden, maar er zijn jaren
voorbij gegaan, dat het wel gekund had. Spreker meent, dat we de
bus gemist hobbon. Hij ziet voorlopig op dit punt geen verandering,
komen. Als hij nagaat welke grote objeoten in andere geme en te n
uitgevoerd worden, dan verbaast hij zich, dat wij nog niet eens
een gemeentehuis kunnen bouwen,
De kwestie leeft in de gemeente en daarom dringt spreker op
oplossing ervan aan.
De Voorzitter zal het compliment over de woningbouw gaarne
aan het bestuur van de Woningstichting doorgeven. De opmerking,
dat we de bus gemist hebben, wijjst hij echter van de hand. Zodra
er meer materialen beschikbaar kwamen, is hij naar de Hoofdinge-
nieur-Direoteur van de Wederopbouw, Ir. Visser, gestapt met de
vraag "Kunt U een eventuele toev/ijzing geven voor de bouw van een
nieuw gemeentehuis?". Het antwoord luiddes "Zoiang de bevolking
niet gehuisvest is, is daar geen denken aan". Tooh heeft spreker
zichzelf ook vfel eens de vraag gesteld hoe het dan mogelijk was,
dat in andere gemeenten wel allerlei gebouwen zoals tehuizen voor
ouden van dagen e.d. opgericht konden worden.
De heer Tolsma is de ^oorzitter dankbaar voor diens antwoord.
Hij heeft altTjd b'et gevoel gehad, dat het moest overgaan om de
kosten.
- De -
