De Raad der gemeente LEBUWARIERArffiSL Overwegende, dat voorzien moat worden in de vacature van amb tenaar van de Burgerlijke Stand tengevolge van het aan de heer Jhr. W. J. H. Hora Sicoama verleende eervol ontslag; Gezien de door Burgemeester en Wethouders opgemaakte aanbeve lings Benoerat met ingang van de dag van de beëdiging tôt ambtenaar van de Bur gerlijke Stand dier gemeente de heer A. de Boer, geboren 12 No- vember 1918, burgemeester, wonende te Stiens. 5. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tôt het van toepas- sing verklaren van de wijziging van het Toelage-besluit 1951 op het gemeentapersoneel.. Dit voorstel is van de volgende inhoud (bijlage 2), Het wordt zonder discussie en hoofdelijke stemming aangeno- men, waarna het besluit wordt vastgesteld, dat als bijlage 3 hieraan gehecht is. 6. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tôt het van toepas- sing verklaren van het Koninklijk Besluit van 20 November 1951 (Stbl. 491) op het daarvoor in aanmerking komende gemeenteperso- neel (vaoantietoeslag) Het betrekkelijke voorstel luidt als volgt (bijlage 4). Het wordt zonder discussie en hoofdelijke stemming aangeno- men en vastgesteld wordt het navolgende besluit(bijlage 5). 7. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tôt het verstrekken van een uitkering ineens aan het daarvoor in aanmerking komende gemeentapersoneel (z.g.n. compensatie - uitkering). Dit voorstel is van de volgende inhoud (bijlage 6). Zonder disoussie en zonder dat enig lid stemming verlangt verenigt de Raad zich met de oonclusie van het advies van Burge meester en Wethouders. 8. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tôt het heffen van rechten terzake het doen innemen van een ligplaats met een woon- schip in de haven te Britsum. Dit voorstel luidt? (bijlage 7) De heer Hoekstra vraagt of de mogelijkheid onder ogen is ge zien om de aftapkraan tegen vernielzucht van de jeugd en tegen vorst te beschermen. De Voorzitter antwoordt hierop, dat de jeugd er niet bij zal kunnen komen, daar de kraan omgeven zal worden door een bak die op slot kan. Het vorstgevaar zal ter kennis worden gebracht van de gemeentearchitect. De heer Poortman wijst op de aanwezigheid van een woonschip te Cornjum en vraagt of daar geen watervoorziening moet worden aangebracht. Ook daar geldt voor particulieren het verbod om wa- ter beschikbaar te stellen. Wethouder Pijkstra licht nader toe, dat als de gemeente een ligplaats voor woonschepen aanwijst, zij moet zorgen voor een ge- legenheid tôt verstreklcing van drinkwater. Heeft een woonschip ergens anders ligplaats ingenomen, dan bestaat die verplichting niet. In Britsum moest iets gedaan worden, want particulieren mogen geen water afstaan.

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1951 | | pagina 7