-2.08
Onderwerp
Benoeming
onde rwijzer,
H u i z u m, 15 December 1952.
Op grond van het gemiddeld aantal leerlingen, dat op
de 3 teldata, genoemd in artikel 28 der Lager Onderwijswet
1920, de openbare lagere school te Stiens bezocht, kan met
ingang van 1 Januari a.s. het personeel aan die school met
één vaste leerkracht v/orden uitgebreid.
Wij hadden reeds in de loop van dit jaar krachtens arti
kel 56, tweede lid van genoemde wet, de toezegging van de
Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen ontvangen,
dat ook voor het gedeelte van 1952 waarin een 6e onderwij-
zer van bij stand tengevolge van stijging van het aantal
leerlingen aan die school werkzaam zou zijn, het Rijk de
jaarwedde van de ze leerkracht zou vergoeden.
Wij hebben, in overleg met de Inspecteur van het Lager
Onderwijs in deze inspectie, toen tijdelijk als zodanig
aangesteld Willem Ropma, wonende te Britswerd en daarbij
de toezegging gedaan, dat wij hem bij gebleken geschikt-
heid voor een vaste benoeming zouden voordragen.
Uit het bij de stukken overgelegde rapport van het
hoofd der school moge U blijken, dat deze de heer Fopma
voor de te vervullen vaste betrekking alleszins geschikt
acht, met welk inzicht de Inspecteur van het Lager Onder
wijs zich kan verenigen, zodat wij U voorstellen W. Bopma
voornoemd, met ingang van 1 Januari 1953 aan te stellen
als onderwijzer in vaste dienst aan de openbare lagere
school te Stiens.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarderadee 1
De Secretaris,
Aan
de Raad.
Bijlage nr. 3
notulen Raad ^//z_OjJ
