-1.851. 07 Onderwerp H u i z u m, 7 April 1953. Gemeentelijk Studiefonds. Om te voldoen aan het uit Uw midden naar voren gekomen verzoek inzake de instelling van een gemeentelijk studiefonds hebben wij een onderzoek ingesteld naar de mogelijkheden, die er bestaan om financiële steun te ontvangen in die gevallen, dat een overigens verantwoorde studie niet kan worden begonnen of voltooid wegens gebrek aan de nodige geldmiddelen. Daarbij is gebleken dat in bepaalde gevallen financiële steun kan worden verstrekt aan begaafde leerlingen wier ouders niet in staat worden geacht de kosten van de studie te dragen zolang zij minderjarig zijn en die ook zelf daartoe niet in staat worden geacht als zij meerderjarig zijn geworden. Een dergelijke toelage kan bestaan uit voorschotten, die wèl en studiebeurzen, die niet terugbetaald behoeven te worden. ïoelagen, als bovenbedoeld, worden gegevens a. door het Rijk voor studie aan openbare of bijzondere in- richtingen voor hoger, voorbereidend hoger en middelbaar onderwijs, voor middelbaar nijverheidsonderwijs en tôt op- leiding van onderwijzers (essen)5 b. door het Rijk voor leerlingen, die scholen voor lager en uitgebreid lager nijverheidsonderwijs bezoekeng c. door de Provincie voor bovenbedoelde leerlingen in de pro- vincie Eriesland woonachtig en gedurende 2 voorafgaande ja- ren gewoond hebbende uit het provinciaal Studiefonds. Soorten van onderwijs en/of studierichting onbepaaldj d. uit particulière fondsen en lenen waarvan er vele in de provincie zijn, doch verscheidene hiervan zijn familielenen. De vraag rijst of naast deze grote verscheidenheid in mo gelijkheden er ook^ nog gelegenheid moet bestaan tôt het ont vangen van financiële steun uit de gemeentekas en zo ja of hiervoor dan een studiefonds dient te worden ingesteld. Uit inlichtingen, die wij hebben gekregen van onze ambtge- noten in de gemeenten waar een dergelijk instituut bestaat, hebben wij wel de indruk gekregen, dat het in een behoefte kan voorzien, omdat veelal slechts zij voor een toelage in aanmerking komen, die voldoende pogingen hebben aangewend bij het rijk, de provincie of particulière instellingen en daarin niet zijn geslaagd. In zoverre v/ordt de gemeentelijke steun dan ook geen dou blure van wat er reeds door anderen gedaan wordt. Het heeft ons echter enigszins bevreemd, dat in slechts een 4-tal Eriese gemeenten n.l. Leeuwarden, Sneek, Heerenveen en -.'lieststellingwerf een gemeentelijk of semi-gemeentelijk stu diefonds bestaat. Wij hebben het evenwel niet nodig geoordeeld ons te verdiepen in de vraag waarom ook niet in kleinere ge meenten een dergelijke instelling ingang heeft gevonden. "Wat" Aan de R a a d. Bijlage nr. A notulen Raadf: 3*

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1953 | | pagina 49