1. Installât, i.e van de leden van de Raad.
Nadat de vergaderjng door de Voorzifcter is geopend, wijst hij
op de bepalingen in de Gemeentewet die het afleggen van de eden
en beloften voor de ra.adsleden regelen, waarna in zijn handen
door de volgende leden eerst de zuiveringseed en daarna de ambts-
eed wordt afgelegds D.P. Bouma, Mevr. B. Wiersma-Bergstra, B.R.
Dijkstra, J. Tolsma, P. Th. Dijkstra en H. Zondervan.
De verklaringen worden achtereenvolgens afgelegd door Mevr.
W.D. Deelstra-Spoelder en de heren S. van der Ploeg, G. Hoekstra
en L. Poepjes.
De Voorzitter spreekt hierna de volgende woordem
Dames en Heren Leden van de Raad,
Door het afleggen van Uw eden of beloften, hebt U Uw betrek
king als raadslid aanvaard. Graag wil ik als Uw voorzitter U allen
van harte gelukwonsen met de positie die U nu voor het eerst of
wederom hebt verkregen.
U heren Dijkstra en Van der Ploeg, die heden voor het eerst in
ons midden zijt, feliciteer ik in het bijzonder met de verkrijging
van deze voor U nieuwe functie. Uw benoeming is het gevolg van een
groot vertrouwen, dat door de bevolking in U werd gesteld. Ik hoop
en ben er van overtuigd, dat U beiden diep doordrongen zijt van de
verplichtingsn, die het raadslidmaatschap met zich me de brengen
en dit vertrouwen zult rechtvaardigen. Vooreerst zal het mogelijk
wat vreemd voor U zijn om een grote zeggenschap te hebben in zaken
die de gemeente betreffen, terwijl U daarnaast vele keren zult be-
seffen van de zaken niets of heel weinig af te weten. Bedenkt U
dan dat er behalve Uw mede-raadsleden, op het gemeentehuis een
groep mensen werkzaam is, die voortdurend bereid is U terzijde te
staan.
Dames en Heren, zojuist is voor U een période van raadslid
maatschap begornen. In de door U afgelegde eed of belofte hebt U
kenbaar gemaakt dat U voornemens Z'i jt de belangen van de gemeente
zo goed mogelijk te bevorderen. Ik ben er van overtuigd, dat U
het niet bij ijdele woorden zult laten, doch werkelijk zult doen
wat U kunt. De omstandigheden waaronder U Uw taak opneemt of weer
opneemt zijn niet eenvoudig, want U weet dat wij met vele moei-
lijkheden te kampen hebben, waar ik vandaag niet nader op wil
ingaan. Vast staat echter, dat onze beste krachten gevraagd zul-
len worden en gegsven zullen moeten worden willen wij de belangen
van onze gemeente en de ingezetenen werkelijk dienen.
Dames en Heren, ik hoop en vertrouw dat U Uw raadslidmaatschap
serieus zult opvatten. Bij vele van de beslissingen die genomen
moeten worden, staan grote belangen op het spel. Indien U er voor
zorgt steeds een verantwoord "vocr:i of "tegen" te kunnen uitbren-
gen op de voorstellen die U worden voorgelegd en daarnaast steeds
actief de belangen van de gemeenten en haar ingezetenen wilt
voorstaan, dan zal Uw raadslidmaatschap een zegen voor onze ge
meente kunnen worden.
2. Hotulen.
De notulen van de vergadering van 5 Augustus 1953 worden onver-
anderd vastgesteld.
3. Ingekomen stukken, mededelingen enz.
De Voorzitter geeft lecture van de navolgende ingekomen stuk
ken.