-1.842.1
Onderwerp;
Technische installatie
Be jaardencentrum,
Brandweergarage enz.
H u i z u m, 9 December 1955.
Voor het ontwerpen van de technische installaties
in het in aanbouw zijnde bejaardencentrum, de brandweergarage
en het vergaderzaaltjeheeft de architect, de heer Grunstra,
met toestemming van het bestuur der gemeentelijke dienst voor
Sociale Zaken en voor zover het de bejaardenwoningen, garage
en zaal betreft, onder goedkeuring van ons collège, zich ver-
staan met het adviesbureau voor Installatietechniek te Rotter
dam.
De heer L.E.J. Paltay van dat bureau heeft in een gecombi-
neerde vergadering van de Dienst en ons collège, waarbij ook
de heer Grunstra tegenwoordig was, de plannen nader toegelicht
en daarbij globale kostprijzen genoemd.
Bij deze bespreking is de wenselijkheid bepleit om in af-
wijking van de oorspronkelijke plannen aile bejaardenwoningen
op de centrale verwarming aan te sluiten.
Tevens is daarbij naar voren gekomen van hoeveel belang het
is, dat de bewoners van de bejaardenwoningen ook steeds de be-
schikking hebben over warm water, zodat aan de mogelijkheid ge-
dacht is om de warmwaterinstallatie in het Tehuis uit te brei-
den tôt bedoelde woningen.
Voorts is gedacht aan een oproepinstallatieopdat de bewo
ners van het Tehuis, ingeval van nood, iemand van het personeel
kunnen waarschuwen.
De mogelijkheid is tevens onder het oog gezien om deze op
roepinstallatie ook aan te brengen in de bejaardenwoningen.
Het verslag van de gehouden bespreking is voor U bij de
stukken ter inzage gelegd, doch in verband met de belangrijk-
heid van de zaak, waarover U thans een beslissing zult moeten
nemen, hebben wij het nodig gevonden hieronder een uittreksel
te laten volgen van dat verslag, opgemaakt door architect
Grunstra.
Verwarming.
Deze zal bestaan uit een centrale warmwaterverwarming, waar-
bij het aanwezige materiaal, voor zover dit mogelijk blijkt, zal
worden verwerkt.
Als systeem is een radiatoren verwarming gekozen, waarbij
in elk vertrek de nodige verwarmingslichamen zullen worden ge-
plaatst, welke elk voor zich afsluitbaar zullen worden gemaakt.
De hele installatie onder te verdelen in 3 hoofdgroepen,
t.w.hoofdgebouw c.a., groep van 4 woningen, resp. 7 woningen;
alsmede de brandweergarage met bovenzaal.
De installatie van de woningen is gedacht te voorzien van
verwarming in de woonkamer en de slaapkamer. De capacitéit van
deze verwarming zal zodanig worden, dat in de woonkamer een
temperatuur kan worden onderhouden van 70° P. bij een buiten-
temperatuur van -12° en een windsnelheid van 5 M/sec. Gelijk-
tijdig hiermede is de slaapkamer te verwarmen op 50° P.
Beide in deze vertrekken op te stelien radiatoren worden
door een centraal regelventiel in elke woning zodanig bediend,
dat bij een grotere warmtebehoefte in de slaapkamers de capaci-
teit van de verwarming in de woonkamer wordt teruggebracht tôt
62° P. De temperatuur in de slaapkamer kan dan in voorkomende
gevallen worden opgevoerd tôt 70° P.
Aan - De -
de R a a d.
Bijlage nr. /JT
notuîen Raad