- 13 -
Deze kwestie is tussen haar echtgenoot en haar ernstig
overwogen en zij hebben zich de vraag gestelds hoe moeten we
ermee. Spreekster meent, dat het niet de goede weg is het er
maar op te laten aankomen. Zij wil niet als het zo ver is op
de vingers getikt worden. Aan de andere kant lijkt het haar
ook niet verantwoord, dat haar man tengevolge van haar lid-
maatschap van de Raad, steeds van werk van de gemeente^uitge-
sloten wordt. Daarom heeft zij gemeend niet langer in dit col
lège zitting te moeten hebben. Het is haar een genoegen, dat
zij hier zo breedvoerig over deze zaak kan uitweiden.
De Yoorzitter zegt, dat hij natuurlijk het standpunt van_
mevr. Y/iersma heeft te eerbiedigen, hoewel het hem persoonlijk
ontzaggelijk spijt, dat zij heengaat. Den tweede factor daarbi
is, dat één der beide dames uit ons midden verdwijnt. Spreker
weet zo niet wie mevr. Wiersma zal opvolgen, maar hij veronder
steltdat deze niet de vrouwelijke sfeer meebrengt. Het kan
nog zijn, dat mevr. Wiersma de volgende raadsvergadering mee-
maaktMocht dit niet zo zijn, dan zou hij bij deze persoon
lijk afscheid van haar willen nemen.
Hierna wordt de vergadering gesloten.
Aldus vastgesteld door de Raad der gemeente Leeuwarderadeel
in zijn openbare vergadering van 16 Augustus 1956.
Yoorzitter.