1
r v 15." W9jbi£l
- 4
3. Benoeming van leden in de commissie van georganiseerd over-
leg in ambtenarenzaken.
Burgemeester en Wethouders schrijven de Raad hieromtrent het
volgendebijlage 1
De heer Tolsma zegt, dat hij destijds benoemd is in de plaats
van mevrouw Deelstra toen die meende te moeten bedanken en de
heer Bouma wegens drukke bezigheden niet voor een benoeming in
haar plaats in aanmerking wilde komen.
Toen het georganiseerd overleg werd ingesteld lag het in de
bedoeling zoveel mogelijk uit elke fractie één lid aan te wij-
zen die in de commissie van het georganiseerd overleg zitting
zou nemen. Spreker meent, nu mevrouw Deelstra door mevrouw
Bijlsma is opgevolgd als lid van de Raad deze voor hem in be-
doelde commissie zitting behoort te nemen, waarom hij zijn zetel
ter beschikking stelt van de fractie der V.V.D.
Na gehouden schriftelijke stemming blijkt, dat zijn uitge-
bracht op mevr. Bijlsma 9 stemmen, op de heren Van der Ploeg
en Zondervan elk 10 en op de heren Faber, Bouma, B.R. Dijkstra
en Tolsma elk één stem, zodat mevr. Bijlsma en de heren Van der
Ploeg en Zondervan voor de période 1 October 1957 - 1 October
1958 de gemeente zullen vertegenwoordigen in de commissie van
georganiseerd overleg in ambtenarenzaken.
4. Benoeming van een lid van het bestuur van de gemeentelijke
dienst voor Sociale Zaken.
Met betrekking tôt dit punt schrijven Burgemeester en Wet
houders de Raad het volgende (bijlage 2).
Bij de schriftelijke stemming worden uitgebracht op de heer
Tolsma 9 stemmen en op mej. de Groot 1 stem, terwijl één stem-
briefje, zijnde van onwaarde, terzijde gelegd moest worden.
De heer Tolsma is derhalve herbenoemd als lid van het be
stuur van de gemeentelijke dienst voor Sociale Zaken.
5. Verzoek van het bestuur der Vereniging voor Christelijk
Nationaal Schoolonderwijs te Stiens om gelden uit de gemeente-
kas beschikbaar te stellen voor uitbreiding van haar schoolge-
bouw.
Burgemeester en Wethouders zenden de Raad dit verzoek met
het volgende prae-advies (bijlage 3).
De Voorzitter zegt, dat het moeilijk zal zijn de gevolgen
van inwilliging van het verzoek te financieren, maar dat is
vers nummer twee. In beginsel kan de Raad wel medewerking ver-
lenen.
Zonder hoofdelijke stemming gaat de Raad hiertoe over en
stelt het besluit vast volgens bijlage 4.
6. Verzoek van wed. J. Stienstra te Oude-Leije om een bijdrage
uit de gemeentekas overeenkomstig artikel 13 der Lager Onder-
wijswet 1920.
Dit verzoek zenden Burgemeester en Wethouders de Raad met
het volgende prae-advies (bijlage 5).
K - Vi> PU
iniJ