3
Onderwerp
Subsidie kweken nieuwe
aardappelrassen
Bij de behandeling van de begroting voor 1959 is
door een lid van de Raad de wenselijkheid bepleit van het
verlenen van subsidie aan hen, die zich toeleggen op het kwe
ken van nieuwe aardappelrassen.
Wij hebben in ons antwoord op het verslag van de Commissie
van Rapporteurs toen medegedeeld, dat wij een onderzoek zou-
den instellen naar de omvang van deze steun in aangrenzende
gemeenten.
Ons is daarbij gebleken, dat alleen in de gemeente Menai-
dumadeel een regeling is getroffen. Omdat deze regeling nog
maar sinds kort toegepast wordt, hebben wij geen gegevens
kunnen krijgen van de resultaten van de financiële steun uit de
gemeentekas aan kwekers in Menaldumadeel
Wij hebben daarom het oordeel gevraagd van de consulent
voor de plantenveredeling van de Friesche Maatschappij van
Landbouw.
Deze schrijft ons, dat een dergelijke subsidiëring hem als
minder gewenst voorkomt.
Hij motiveert dit aldus:
"Het kweken van nieuwe rassen door middel van kruising en
"selectie is financieel een alleszins gevaarlijke bezigheid,
"welke men niet met subsidies kunstmatig moet aanmoedigen.
"Het gevaar is dan n.l. niet denkbeeldig, dat verwachtingen
"worden gewekt, welke later niet gehonoreerd kunnen worden.
Bij het huidige systeem ontvangt men over zijn kweekpro-
"ducten n.l. alleen inkomsten voor zover deze rassen in de
"Rassenlijst zijn opgenomen en in de praktijk worden verbouwd.
Het bovenstaande wil niet zeggen, dat het ongewenst zou
"zijn, wanneer meerderen zich met het Kweekwerk bezig zouden
gaan houden; integendeel! Zij dienen zich dan echter goed te
"realiseren, dat hier financiële risico's aan zijn verbonden.
De ware liefhebber zal dan desondanks doorzetten, daarbij
"door de Stichting voor Plantenveredeling (S.v.P.) en de Com-
"missie voor het Onderzoek van nieuwe Aardappelrassen (C.O.A.),
"beiden te Wageningen, gesteund. De S.v.P. stelt het uitgangs-
"materiaal (zaden, klonen) ver beneden de kostprijs ter be-
"schikking, terwijl de C.O.A. de kwekers regelmatig bezoekt,
"voorlichting verstrekt en de nieuwe kweekproducten gratis op
"een aantal proefvelden onderzoekt. Daarna is er voor de goed
"gebleken nummers een kans op plaatsing op de Rassenlijst en
"uitkeringen uit de kwekersvergoedingenfondsen (bijeengebracht
"door heffingen op het goedgekeurde pootgoed en areaalheffin-
"gen van het Landbouwschap)
Men zou de gehele gang van zaken min of meer kunnen verge-
"lijken met die bij de uitvindingen. Ook daar komen de baten
ëerst wanneer de uitvinding geslaagd blijkt te zijn. Vandaar
"dat wij er huiverig voor zouden zijn dit werk door subsidies
"zonder meer te stimuleren.
Wat tenslotte de werkgelegenheid betreft, legt deze directe
"kwekersarbeidin het raam van het geheel gezien, geen ge-
"wicht in de schaal."
Aan
1959.
u m,
de R a a d.
oo7 1 Bijlage nr. t%
notulen Raad