- 10 -
22. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tôt het verbeteren
van de weg langs de openbare lagere school te Hijum.
Dit voorstel behelst het volgende: bijlage 29.
Mevr. Stolte wil Burgemeester en Wethouders een compliment
brengen, dat zij dit plan, waarover al zo dikwijls gesproken is,
thans op de begroting geplaatst hebben.
Zonder verdere bespreking neemt de Raad het voorstel aan.
23- Voorstel van Burgemeester en Wethouders tôt het aangaan van
kasgeldleningen gedurende het 2e kwartaal van 1960.
Dit voorstel luidt alsvolgt: zie bijlage 30.
Het wordt zonder bespreking en zonder stemming aangenomen,
waarna het besluit wordt vastgesteld overeenkomstig bijlage 31
24. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tôt wijziging van de
gemeentebegroting voor 1959.
Het ontwerp van deze wijziging heeft voor de leden ter visie
gelegen, terwijl het aan de Raad wordt aangeboden met de volgende
toelichting (bijlage 32).
De Raad stelt het besluit vast overeenkomstig het ingediende
ontwerp, nadat mevr. Bijlsma de opmerking gemaakt heeft, dat de
gladheidsbestrijding wel heel erg duur is.
Hierna voegt de Voorzitter aan de agenda toe punt:
25. Voorstel van Burgemeester en Wethouders om over te gaan tôt
invoering van het psycho-technisch onderzoek van leerlingen der
lagere scholen.
Dit voorstel luidt aldus: bijlage 33.
Mevr. Stolte vraagt of het de bedoeling is er nog dit jaar
een aanvang mee te maken.
De Voorzitter bevestigt dat. Het wordt thans aanhangig ge
maakt om tijdig voor de afloop van het schooljaar de tests te
kunnen laten verrichten.
Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen,
terwijl de verordening wordt vastgesteld, die als bijlage 34
hieraan is gehecht.
26. Jaarwedden wethouders.
De Voorzitter deelt mede, dat gisteren van de Gedeputeerde
Staten dezer provincie het verzoek is ontvangen om s Raads
oordeel te mogen vernemen of de thans geldende wedden van. de
wethouders herziening behoeven.
Aangezien de belanghebbende functionarissen zich wensen te
onthouden van het uitspreken van een mening, stelt spreker voor
aan de Gedeputeerde Staten te berichten, dat de wedden, die
enige jaren geleden zijn vastgesteld, naar behoren zijn voor de
betrekking van wethouder in deze gemeente, maar dat het alles-
zins billijk is, dat de procentuele verhogingen, die sindsdien
voor de ambtenaren in het algemeen zijn toegepast, 00k tôt uit-
drukking dienen te worden gebracht in de bezoldiging van de wet
houders
