-2.08.83 Bijlage nr. 1 6
a j r.otulen Raad :1 8Mrt60
Ond e
Spaarregeling.
H u i z u m, 25 Januari 1960.
De voorbereiding van een gepremieerde spaarregeling
voor de rijksambtenaren is thans zover gevorderd, dat het in
werking treden dezer regeling binnenkort is te verwachten.
De daartoe strekkende besluiten geven aan de besturen van
provincies en gemeenten de gelegenheid een overeenkomstige
spaarregeling in te stellen voor de ambtenaren in dienst van
deze overheidslichamen.
Door middel van periodieke inhoudingen op het salaris kan
jaarlijks een zelf gekozen bedrag worden gespaard, dat ten
hoogste 5 f» van de pensioensgrondslag bedraagt met een abso-
luut maximum van f 600-
De ingehouden bedragen worden op aanwijzing van de ambte-
naar gestort bij een bank.
Over het spaarbedrag kan vrij worden beschikt, maar wan-
neer de ambtenaar het spaartegoed 4 jaren
achtereen op de spaarrekening laat staan, verkrijgt hij recht
op een premie uit de gemeentekas op basis van dit tegoed.
Deze premie wordt jaar na jaar berekend en men kan er vrij
over beschikken.
Zij, wier pensioensgrondslag 7<-00.- of minder is, ont-
vangen een premie van 25 over bovenbedoeld spaartegoed.
Degenen, van wie de pensioensgrondslag hoger ligt dan
f 7200.- hebben recht op een premie van 15%.
De maximum uit te keren premie per jaar bedraagt f 90.
(15% van 600-)
Wanneer de spaarbankrente over 5 jaar bij de premie wordt
geteld, komt het totaalbedrag overeen met een rentevergoeding
van bijna 8 (tôt f 7200.- pensioensgrondslag) resp. 6
(boven 7200.- pensioensgrondslag) per jaar.
Op de bovenbedoelde spaarpremie bestaat voorts aanspraak,
indien de ambtenaar op de door Burgemeester en Wethouders
aan te geven wijze aantoont, dat hij een van zijn spaarreke
ning opgenomen bedrag heeft aangewend, ter verwerving van een
of meer van de door Burgemeester en Wethouders aangewezen be-
stedingsobjecten.
Het wil ons voorkomen, dat van gemeentewege het sparen
door de ambtenaren zoveel mogelijk dient te worden bevorderd.
Immers hierdoor bereikt men, dat bij aanschaffing van duur-
zame gebruiksgoederen geen beroep behoeft te worden gedaan op
credietinstellingen, waar dikwijls een niet te verwaarlozen
rente in rekening wordt gebracht.
Ook ter bevordering van het eigen woningbezit zien wij de
gemeentelijke spaarregeling als een nuttige instelling en wij
staan dan ook sympathiek tegenover de invoering ervan.
Een en ander is nader uitgewerkt in de hierbij in ontwerp
gaande Spaarverordening, die wij U ter vaststelling aanbieden.
De commissie voor georganiseerd overleg in ambtenarenzaken,
hierover gehoord, kan zich met ons voorstel verenigen.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarderadeel,
Aan De Secretaris,
de Raad.