.778.532.1
Bijlage
notuien
Bijlage nr. 34
notuien Raad 18Mei60
De Raad der gemeente LEEÏÏWARDERADEEL
Overwegende dat door de Minister van Volkshuisvesting
en Bouwnijverheid bij beschikking van 21 Januari 1960, nr.
BV 317-N.B157A, de grond- en bouwvoorschotten voor het
complex van 4 woningwetwoningen 1957 te Hijum definitief
zijn vastgesteld;
dat hierbij buiten beschouwing gelaten zijn de kosten
voor het aanbrengen van boilers en douche-apparaten in deze
woningen ten bedrage van f 1600,
dat het wenselijk is hiervoor van gemeentewege een
voorschot te verlenen aan de Woningatichting "Leeuwarden-
Leeuwarderadeel"geveatigd te leeuwarden, welke stichting
bij Koninklijk Besluit van 10 Maart 1914, no. 17, is toe-
gelaten als instelling, uitsluitend in het belang van de
verbetering der volkshuisvesting werkzaam;
dat de bewoners van de inmiddels reeds bewoonde woningen
voor deze extra voorzieningen bereids wekelijks f -,70. huur
meer betalen;
dat rente en afschrijving alsmede onderhoud hieruit
ruimschoots kunnen worden bestreden;
G-ezien het voorstel van Burgemeester en Wethouders van
4 Mei 1960;
Gelet op artikel 52 van de Woningwet;
aan het bestuur van de Woningstichting "Leeuwarden-
Leeuwarderadeel" een voorschot uit de gemeentekas te ver
lenen van 1600,voor het aanbrengen van boilers en
douche-apparaten in de aan de woningstichting in eigendom^
toebehorende 4 woningwetwoningen 1957 te Hijum, plaatselijk
gemerkt Hijum 127e t/m h, tegen een rente van 4ï% per jaar
en zulks onder de navolgende voorwaarden:
a. voor rente en aflossing van het voorschot moet door de
woningstichting aan de gemeente jaarlijks gedurende 20
jaren een annuïteit worden voldaan, groot 7,521983% van
het werkelijk verleende voorschot;
b. de annuïteit, zal voor de eerste maal vervallen op de
dag, nader door Burgemeester en Wethouders te bepalen,
in verband met het tijdstip of de tijdstippen, waarop
het voorschot zal zijn uitbetaald;
c. bij faillissementof bij ontbinding of opheffing der
instelling, alsmede indien de voorwaarden, waaronder het
voorschot is verleend, niet wordt nageleefd, wordt het
voorschot of de onafgeloste gedeelten daarvan terstond
opvorderbaar
d. bij vervreemding of bezwaring van onroerende goederen
der instelling, zonder goedkeuring van Burgemeester en
Wethouders, of anders van Gedeputeerde Staten, zal het
bestuur aan de gemeente verbeuren een bedrag van twee-
duizend gulden 2000,waarvoor de lehen van het
bestuur, die aan het besluit tôt vervreemding of be
zwaring hebben medegewerkt of zich daartegen niet hebben
verzet00k na hun aftreden als bestuurslid hoofdelijk
ieder voor het geheel aansprakelijk zullen zijn;
Besluit: