Resumerend ziet men wat eertijds de beweegreden is geweest tôt de invoering der classificatiealsook dat in de loop der jaren de classificatieverschillen ten aanzien van de bezoldiging der ambtenaren aanzienlijk zijn verzacht. Er bestaan dan ook gegronde redenen om aan te nemen, dat de classificatie met betrekking tôt de ambtenaren- salarissen op den duur geheel tôt het verleden zal be- horen. Het zal vooreerst zeker nog niet te zeggen zijn of dit op kortere of langere termijn zal geschieden, of- schoon de afnemende verschillen in structuur en levens- standaard tussen stad en platteland zeker het loon- en salarisbeleid in die richting zullen dringen. Tôt slot zou ik nog willen vermelden op welke ter- reinen van de gemeentehuishouding de gemeenten met classificatie hebben te maken, hoewel onderstaande zeker niet als uitputtend moet worden opgevatî 1e. Bezoldiging ambtenaren en werklieden (4 klassen) 2e. Collectieve arbeidsovereenkomsten (5 klassen) 3e. Personele belasting (9 klassen) 4e. Woningwetbouw (3 klassen) 5e. Regeling voorziening voor blinden (5 klassen) 6e. Regeling Sociale Opdrachten Beeldende Kunstenaars (5 klassen) 7e. Sociale Werkvoorzieningsregeling voor Hoofd- arbeiders (5 klassen) 8e. Gemeentelijke Sociale Werkvoorzieningsregeling voor Handarbeiders (5 klassen) 9e. Sociale Voorzieningsregeling (voor de maximum-uit- kering gelden 5 klassen) De Secretaris van Leeuwarderadeel

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1960 | | pagina 61