v "«--uri-mï&m jbmwp»*
- 5 -
Vastgesteld wordt het volgende besluit:
De Raad der gemeente Leeuwarderadeel;
Gezien de voordracht van Burgemeester en Wethouders d.d. 19
December 1960;
Gelet op het advies van de Inspectrice van het Kleuteronder-
wijs in de 15e inspectie d.d. 20 December j.l.;
B e n o e m t
met ingang van 1 Januari 1961 tôt leidster aan de openbare
kleuterschool te Stiens: Suzanne Rabius, geboren op 7 Juni 1941,
wonende te Leeuwarden.
9. Verzoek van de Stichting voor Maatschappelijk Werk in deze
gemeente om een subsidie uit de gemeentekas.
Burgemeester en Wethouders zenden de Raad dit verzoek toe
met het navolgende prae-advies (zie bijlage 11).
De Voorzitter zegt, dat dit voor Burgemeester en Wethouders
een der moeilijkste zaken is geweest, die zij in lange tijd ter
behandeling hebben gekregen. De tijd van voorbereiding is voor
hen te kort geweest om de raadsleden voldoende te kunnen inlich-
ten. Zij hoorden pas kort geleden, dat de mogelijkheid bestond
om een maatschappelijk werkster aan te trekken. Burgemeester en
Wethouders echter weten van de interne organisatie te weinig af.
In 1958 is door de Raad een principe-besluit genomen om deel te
nemen in een stichting. Nadien is officieel aan Burgemeester en
Wethouders niets bekend geworden omtrent de activiteiten van de
stichting in oprichting. Zo waren zij onbekend met de inhoud van
de concept-stichtingsakteEnkele dagen geleden kregen zij in-
zage van een brief van de Diaconale Raad van de bed. herv. Keik
aan Ds Gietema omtrent deze subsidie-aanvraag. Burgemeester en
Wethouders wisten niet hoe de stichting in elkaar zou zitten;
vanmorgen pas hebben zij de ontwerp—akte gekregen. Zij zijn er
zich wel van bewust, dat er moeilijkheden moesten worden over-
wonnen bij het tôt stand komen van de stichting maar daarmede
is de gevolgde wijze van handelen door het voorlopig bestuur
nog niet verklaard en goed gepraat.
Naar luid van artikel 6 behoren tôt de stemhebbende leden in
het Stichtingsbestuur twee leden (bij voorkeur bestuursleden
en/of ambtenaren van de gemeentelijke dienst voor Sociale Zaken
in Leeuwarderadeel) benoemd op voordracht van de aangesloten
overheidsinstellingen maar de bestuursleden van de Dienst weten
er niets of althans te weinig van af. Omdat er nu een mogelijk
heid bestaat een maatschappelijk werkster te kunnen aantrekken,
moet deze stichting tôt stand komen. Burgemeester en Wethouders
voelen het zo, dat zij met de rug tegen de muur geplaatst zijn.
Vandaar dit voorstel, maar Burgemeester en Wethouders weten
niet of de concept-statuten zo zonder meer wel vastgesteld kun
nen worden, want de bestuursleden van de Dienst zullen in elk
geval eerst hun sanctie er nog aan moeten geven.
Dat Burgemeester en Wethouders adviseren een subsidie te ver-
lenen, berust op hun standpunt, dat eenzelfde gedragslijn ge
volgd moet worden als eertijds met de subsidieaanvraag van de
Stichting voor Gereformeerd Maatschappelijk Werk en gezinszorg
in de classis Hallum.
lïT»/W«rl:
IW'.».».
