-11- De Voorzitter moet nu voor zichzelf spreken, want deze aange- legenheid is in de vergadering van het collège niet onder ogen gezien. De heer halma informeert naar de brug te Finkum. Komt er nog wat van, vraagt spreker, dat de militairen er een noodbrug slaan. De Voorzitter antwoordt, dat er van onze kant geen meer haast mee gemaakt kan worden. Het ligt er aan of het Département van Oorlog het belangrijk genoeg vindt om het project in een mili taire oefening in te schakelen. Mevrouw Bi.jlsma meent, dat er provisorisch toch een oplossing gemaakt moet worden. Zij vindt het jammer, dat ailes zo lang moet duren. De heer B.R. Di.ikstra vraagt ook attentie voor de brug te Finkum. Als de heer Poepjes zegt: Wat is een sportterrein zonder kleedgelegenheid, dan stelt spreker daarnaast, wat is Finkum zonder brug. De heer Soepboer heeft in Januari of Februari gevraagd hoe ver is het met de plannen voor de Britsumerweg, speciaal hoe het nu verder komt nu het onteigeningsplan niet kan worden uitge- voerd. Daarop is toen door de Voorzitter geantwoord, dat bij gemeentewerken met spoed aan de nieuwe tekeningen gewerkt wordt. Thans blijkt, dat er nog niets mee opgeschoten is. De Voorzitter zegt, dat bij de dienst van gemeentewerken op een bepaald moment voorrang moest worden gegeven aan de plannen tôt aanleg van de rondweg om Stiens. De heer Soepboer meent, dat dit twee jaar geleden ook al het geval was. Toen ook waren beide objecten al in behandeling. Spre ker heeft geen kritiek op de dienst van gemeentewerken, maar vindt het spijtig, dat dit argument gebruikt wordt. De Voorzitter is van mening, dat dit zo niet gesteld mag wor den. Het 'plan lag klaar maar de onteigeningsprocedure heeft het opgehouden. De heer Soepboer wil graag de toezegging van Burgemeester en Wethouders, dat deze weg volgend jaar weer op de begroting komt. De Voorzitter zegt, dat dit een zaak van de Raad is. De heer Soepboer repliceert: Er is een verschil in urgentie en een verschil in kosten, die met een bepaald object gemoeid zijn. De Voorzitter is van oordeel, dat na de excursie de Raad zal kunnen uitmaken welke posten voor de uitvoering van kapitaals- werken op de begroting aangebracht behoren te worden. Het ontwerp van de. begrotingswijziging wordt hierna tôt be- sluit verheven. De Voorzitter voegt hierna aan de agenda toe punt 19. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tôt verkoop van een perceel bouwterrein te Stiens in het westelijk uitbreidingsplan aan M. Lettinga te Oudebildtzijl Dit voorstel luidt als volgt: bijlage 32.

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1961 | | pagina 21