-2.07.51^ rotulen Raa<ig3Jmi6l 3 u i z u m, 19 Juni 1961.
Onderwerp:
Commissie van bijstand
aardgasvoorziening
In een vorige vergadering van de Raad, waarin
de aardgasvoorziening van Stiens ter sprake is geweest, is
door ons bij monde van de Voorzitter de mededeling gedaan,
dat wij nader zouden onderzoeken of en in hoeverre het nodig
en wenselijk kan zijn, dat er een commissie uit Uw midden
benoemd wordt, die ons zal bijstaan in het beheer van de
aardgasvoorziening van Stiens.
Tôt goed begrip van de zaak diene, dat het initiatief tôt
instelling van bijstandscommissiën alleen van Burgemeester
Wethouders kan uitgaan.
Wij verwijzen U daarvoor naar de bepalingen van de Ge
meentewet.
Naar luid van artikel 60, tweede lid, van deze wet kan de
Raad, doch alleen op voordracht van Burgemeester en Wethou-
ders, aan vaste commissiën zijner leden opdragen, Burgemees
ter en Wethouders in het beheer van bepaalde takken van de
huishouding der gemeente bij te staan.
Van zulk een commissie is één der leden van het collège
van Burgemeester en Wethouders, door dit collège uit zijn
midden aangewezen, voorzitter.
De Raad regelt de zittingsduur der leden, met dien ver-
stande, dat deze niet langer mag zijn dan die der leden van
de zittende Raad.
De Voorzitter van een dergelijke commissie heeft daarin
stem, behalve als de Burgemeester, niet lid van de Raad
zijnde, Voorzitter is.
Een verordening, aan Gedeputeerde Staten mede te delen,
regelt de werkkring van zo'n vaste commissie.
Een commissie van bijstand, het woord zegt het reeds,
staat Burgemeester en Wethouders bij in het beheer van be
paalde takken van de huishouding der gemeente. Zij kan niet
voor bepaalde onderdelen met zelfstandig beheer worden be—
last, aangezien Burgemeester en Wethouders daardoor zouden
worden uitgeschakeld en van het verlenen van bijstand niet
meer zou kunnen worden gesproken. Echter moet dit niet zo
eng opgevat worden, dat de bemoeiingen van de commissie zich
uitsluitend tôt het geven van advies hebben te beperken. Be-
hoeft de bijstand zich enerzijds hiertoe niet te beperken
anderzijds mag zij niet uitgroeien tôt algehele zelfstandig-
heid. Waar de grens ligt is moeilijk aan te geven. De in
artikel 61 der Gemeentewet genoemde, reeds hiervoren aange-
duide verordening kan de omvang van de bijstand nader rege-
len. Voorts bepaalt de gemeentewet, dat de commissie de Raad,
Burgemeester en Wethouders en de Burgemeester over de tôt
haar werkkring behorende zaken van advies dient.
Wij menen, dat er aile reden is om een "gascommissie" in
het leven te roepen. Zij kan met de directeur van het gasbe-
drijf overleg plegen in allerlei zaken de gasdistributie be-
treffende, zoals het voeren van propaganda, de aankoop van
materialen, de gastarieven, het geven van reductie, behande-
ling van eventu^le klachten over gaslevering, uitbreiding
van het buizennet, kortom ailes wat met de aardgasvoorzie
ning verband houdt en daaromtrent advies uitbrengen aan ons
.a n collège.
Bijlage nr. 28
rotulen Raad£3Jun6l
:e Raad.
