-15-
De heer de Swart echter wijst er op, dat toen het Tehuis
klaar was men er "FTj langs moest om de mensen te animercn zich
te laten opnemen. Toen hebben sommigen wel de kans voorbij laten
gaan.
De Voorzitter vindt de vraag van de heer Terpstra volkomen
logiscFrifr ligt nu een wachtlijst met 38 namen. Daarvon uit-
gaande zou het hestuur de capaciteit wel willen vergroten. Ils
men zou moeten uitgaan van de urgentie wordt het een ander
thema. De tendens gaat meer uit naar verpleoghuizen. De exploite.. -
tie van een dergelijke spéciale inrichting zou - voorzichtig ge-
zegd - de opneming in het Pyter Jurjenshôf wel wat kunnen af-
remmen. Oppervlakkig gezien zou het nu nog wel goed lijken om
meer opname-capaciteit te hehben. Maar hoe wordt dat voor de toe
komst? Daarom zou spreker op dit moment niet verder durven gaan.
De heer Terpstra is blij met de mogelijkheid die zich thans
voordoet, maar zTët het toch z6, dat er in de toekomst nog meer
behoefte zal ontstaan, vooral omdat de mensen ouder worden.
Het bestaande Tehuis moest eerst in een andere reuk komen bij
de mensen, Spreker gelooft, dat er steeds meer aanvragen zul
len komen. Kan het Tehuis in de toekomst nog weer uitgebreid
worden? vraagt spreker.
De Voorzitter antwoordt, dat daar inderdaad rekening mee ge~
houden"Ts".~He"t bestuur is echter uitgcgaan van de urgentie van
het ogenblik. Er is een bepaalde doorstromingVolgens spreker
behoort men niet over te gaan tôt opneming van personen, ^ie
zich zelfstandig nog wel kunnen redden. Ook moet men voorzich
tig zijn dat de financiële conseq_uenties niet te groot worden.
Het voorstel wordt daarna zonder hoofdelijke stemming aan-
genomen.
19. Voorstel van Burgemcester en Wethouders tôt het aanschaffen
van materiaal voor de gladheidsbestrijding.
Dit voorstel luidt als volgt(bijlagen 26 en 27).
De Voorzitter zegt, dat deze winter opnieuw gebleken is, dat
het sneeuwvrij maken van de fietspaden de grootste moeilijk-
heden met zich meebrengt. De onberijdbaarheid van de fietspaden
maakt dat de fietsers de grote weg gaan gebruiken wat levens-
gevaarlijk is.
Mevrouw Bijlsma vraagt of dit nu wel de aangewezen weg is
door zoveelmterl'aal aan te schaffen als in het voorstel wordt
aangegeven. Zij zou van tevoren een afspraak willen maken met
loonwerlcers om met de hun ten dienste s taande middolen de nj
wielpaden en kleinere wegen te schonen. Dat lijkt haar beter
dan dat de gemeente het ailes zelf wil doen. Een gevolg van het
aanschaffen van dit materiaal is, dat er dan ook weer arbeiders
bii moeten om het te kunnen bedienen. Ovetigensheeft zij veel
lof voor de gemeentewerkliedendie onder moeilijke omstandig
heden zo veel geprestcerd hebben. Maar wat het onderhavige voor
stel betreft, voelt zij er meer voor dat er loonwerkers inge-
schakeld worden.
De heer de Swart is het op dit punt eens met mevrouw Bijlsma.
Het materiaal staat in de wintermaanden toch grotendeels rente-
loos bij die mensen.