-2.08 H u i z u m, 7 Mei 1963» Onderwerp: Onderwijzeres Cornjum. Blijkens ons voorstel van 18 Maart j1wordt U in overweging gegeven aan mevr. A. Rood op haar verzoek eervol ontslag te verlenen als onderwijzeres aan de open- bare lagere school te Cornjum met ingang van een door ons te bepalen datum. Ter voorziening in de vacature, die hierdoor zal ontstaan, hebben wij sollicitanten opgeroepen, waarop zich een vijftal candidaten heeft aangemeld. Daaronder is één reeds als zodanig in functie zijnde onderwijzeres n.l. mej. L. Stienstra te Leeuwarden, die werkzaam is aan de O.L. school te wijns. De vier andere zijn nog kwekelingen, die binnenkort het onderwijzersexamen zullen afleggen. Wij hebben met het hoofd der school te Cornjum mej. Stienstra in haar klas bezocht. De door haar gegeven proef- les gaf ons nu niet dadelijk de overtuiging, dat zij de kracht was, die wij aan de school te Cornjum moesten hebben. Inmiddels hadden wij ook van de andere sollicitanten in- lichtingen ingewonnen, die aile gunstig luidden; van één hunner zelfs buitengewoon gunstig. Hierin vonden wij aan- leiding om laatstbedoelde (mej. G. de Beer te Sint Jacobi- parochie) een proefles te laten geven in de school te Corn jum en omdat de omstandigheden, waaronder mej. Stienstra te Wijns haar kwaliteiten moest tonen, voor haar enigszins ongunstig waren, hebben wij haar ook nog eens gevraagd een les te Cornjum te geven. De resultaten van deze proeflessen' vindt U vermeld in het rapport van het hoofd der school, hetwelk voor U bij de stukken ter inzage is gelegd. Met het hoofd der school zijn wij van oordeel, dat mej. de Beer nog eerder dan mej. Stienstra voor een benoeming in aanmerking komt. De Inspecteur van het Lager Onderwijs in de Inspectie Leeuwarden is, blijkens diens advies van 2 Mei j.l., een gelijke mening toegedaan. Derhalve zenden wij U de volgende voordracht: 1Gerda de Beer te Sint Jacobiparochie; 2. Lutske Stienstra, onderwijzeres aan de O.L. school te Wijns, wonende te Leeuwarden. Daar mej. de Beer nog haar bevoegdheid als onderwijzeres niet heeft, zal zij nog niet als zodanig benoemd kunnen wor- den. Mocht Uw keuze op haar vallen, dan zullen wij haar be- richten, dat zij formeel door de Raad benoemd zal worden zodra zij haar akte van bekwaamheid bezit. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarderadeel Aan De Secretaris, de Raad.

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1963 | | pagina 37