Toelichting behorende bij het herziene plan van uitbreiding voor het dorp Stiens (1964-1). De toenemende vraag naar bouwterreinen heeft het gemeentebestuur genoodzaakt een nieuw uitbreidingsplan te laten opstellen. Tij- dens de voorbereiding van dit plan werd overleg gepleegd met de betreffende provinciale diensten. Aangezien de behoefte te Stiens zich voornamelijk manifesteert in de sfeer van de partikuliere woningbouw (vrije vestigingen)wer- den in het plan hiertoe ruime mogelijkheden geschapen. Daarnaast zal er, gezien de economische omstandigheden rekening dienen te worden gehouden met een behoefte aan rijenwoningen. De totale ca- paciteit van het plan bedraagt ruim 500 woningen, corresponderend met een bevolkingsaanwas van c.a. 1800 inwoners. De geprojecteerde uitbreiding heeft een dusdanige grootte qua op- pervlak en woningtal dat gestreefd diende naar een overzichtelijke indeling. Deze kwam tôt stand door middel van een stelsel van hoofdwegen in samenhang met beplantingsstroken langs deze wegen. Het hoofdwegenstelsel werd in verbinding gebracht met de bestaan- de belangrijke hoofd- en rondweg(en) teneinde een goede afwikke- ling van het te verwachten verkeer te verkrijgen. Bij de nieuwe verkaveling van de woongebieden is grote aandacht besteed aan het "besloten wonen"Hiertoe is, uitgaande van een zekere uniformiteit in de woningen, getracht duidelijk verschil- lende woongroeperingen te bereiken door kenmerkende afwijkingen in beplantingsstroken en woonwegen-(-paden)traceringen. Het geheel vraagt echter, dit zij nadrukkelijk vermeld, een zoigruldige detail- lering en verzorging, die bij de toename van het individuele huis, grotendeels komt te berusten bij de gemeente. Het lijkt gewenst bij deze ontwikkeling ten behoeve van de groenverzorging een tuin- arehitect te betrekken. Ten dienste van de toekomstige bewoners zijn terreinen voor bij- zondere bebouwing bestemd. Hierbij ware te denken aan scholen, ker- ken of andere gebouwen ten dienste van de bewoners, eventueel evenzeer ten behoeve van de bestaande inwoners. Gezien de afstan- den tôt het bestaande winkelcentrum (oplopend tôt c.a. 1 km.) werd het noodzakelijk geacht ruimte te reserveren voor de vesti- ging van enkele winkelbedrijven voor de dagelijkse verzorging. Voor al deze gebouwen (behoudens een enkele kleuterschoolis een ligging aan het hoofdwegenstelsel gewenst. In het noordwestelijk deel van het plan is een buurtparkje gepro- jecteerd. Mede door de terreingesteldheid aldaar, kwam deze bestem- ming tôt stand; met een noodzakelijk te achten waterpartij (ten einde de aanliggende terreinen op te hogen) zal dit buurtparkje de aantrekkelijkheid van het aangrenzende woongebied kunnen verhogen. De noordzijde van het plangebied wordt begrensd door een eventuele wegdoortrekking over de spoorbaan in de richting Oudkerk; waar deze verbinding, oostelijk van de spoorbaan, tenslotte zal komen te liggen, dient nog nader te worden bepaald. Hoewel gedeeltelijk buiten de begrenzing van het plan vallende, kan de verbindingsweg tussen Stiens met de zuidelijke uitbreiding en de nieuwe uitweg van Britsum naar de weg nr. 1 van het provin- ciaal wegenplan bezwaarlijk onvermeld blijven; in de eerste plaats vormt deze verbinding in zuidelijke richting een gewenste nieuwe invalsroute vanuit Leeuwarden, daarnaast maakt deze weg het moge- lijk de verbinding tussen Stiens en Britsum te onderhouden buiten de provinciale weg om. Op deze wijze blijkt het ook in deze gemeen te mogelijk een aanvang te nemen met de alom groeiende behoefte tôt integratie en differentiatie van het verkeer in de ruimtelijke or- dening.

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1964 | | pagina 111