- 7 -
2. Plaatsing en afmetingen.
De in liâ 1 genoemde gebouwen moeten geplaatst worden bin-
nen de op de kaart aangegeven bebouwingsgrensterwijl
burgemeester en wethouders bevoegd zijn nadere eisen e
stellen omirent de onderlinge situering en afmetingen van
de gebouwen.
3. Bebouwingspercentage
De in lid 1 bedoelde gebouwen mogen per bedrijf geen grote-
re oppervlakte beslaan dan 80$ van de desbetreffenae per-
ceelgrootte
4. Zijdelingse afstanden.
a. Bii het oprichten van de in lid 1 bedoeldebebouwing
dient de afstand tussen de bedoelde bebouwmg en de
ziidelingse erfscheiding, tenzij het plan nadrukkel 3
anders voorschrijft, ten minste te bedragen 2,5 m.
b. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheff:ng te
verlenen van het bepaalde sub a wat betreft de
genoemde gebouwen: bedoelde bebouwmg mag op de ziode
lingse erfscheiding worden opgericht, ^en
4 m tôt de erfscheiding te anderer zijde onbebouwd
blijft
Artikel 7.
Winkels of kleine bedrijven.
1Nadere bepalingen.
a. Op gronden waar winkels of kleine /bedrijven worden op-
gerichtovereenkomstig art. 3 lid 1 sub b, gelden de
volgende nadere bepalingen:
1. de bebouwingsstrookdiepte bedraagt, tenzij - p
2 bïigSouweikzi jn6toegestS^op1 d/bebouwingsstroken
en op de achtererven met een maximale goothoog e van
5 m. terwijl het gezamenlijk oppervlak van de bio
gebouwen niet meer mag beslaan dan 200 m
3. Burgemeester en Wethouders zijn bevoegd ontheffmg
te verlenen van het sub a 2. bepaalde wat betreft
birjgebouwen ten dienste van garagebedrijve "f,
het oordeel van burgemeester en wethouders hiermede
veliik te stellen bedrijven; het gezamenlijk opper
vlak van deze bijgebouwen mag ten hoogste beslaan
4. De°maximaal toegestane goothoogte, overeenkomstig
het bepaalde in art. 3 liâ 4, mag wat betreft sub a
bedoelde gebouwen met 1 m. worden vermeerderd.
2. Plaatsing.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nad'ere e^en "te
stellen inzake de plaatsing van de bij lid 1 bedoelde ge
bouwen en bijgebouwen.
Artikel 8.
Gronden, bestemd voor agrarische doeleinden.
1Bestemming.
Op gronden bestemd voor agrarische doeleinden mag: