1 Artikel 18. Ontheff ingsloevoegdheid Burgemeester en wethouders zijn bevoegd om - al dan niet onder door hen te stellen nadere voorwaarden - onthefiing te verlenen van de bepalingen van het plan, voor het oprichten van kleine, niet voor bewoning bestemde gebouwtjes van open- baar nut, zoals transformatorhuisjesschakelhuisjesgemaal- gebouwtjes, wacht/schuilhuisjestelefooncellen, alsmede voor een pomptrottoir voor aflevering van vloeibare motorbrandstol fen e.d. met de daarop geëigende apparatuur 4. Slotbepalingen. Artikel 19. Bestaande gebouwen. Geen gebouw mag worden opgericht, indien daardoor of door de ligging, grootte, vorm en gesteldheid van het bijbeho rende perceel, enig ander perceel, terrein of gebouw, dat bestaat in een toestand zou worden gebracht welke m striid zou zijn met het uitbreidingsplan. Onder een gebouw dat bestaat, wordt voor de toepassing van dit artikel mede verstaan een gebouw, dat kan worden opgericht krachtens een verleende of op een reeds ingediende bouwaanvrage te verlenen bouwvergunning. 2. Grond, welke eenmaal in aanmerking is en moest worden ge- nomen, bij de verlening van een bouwvergunning, blijit bij een beoordeling van latere bouwplannen buiten aanmerking. Artikel 20. Overgangsbepalingen. Gebouwen, die reeds bij de ter visie legging van het werpplan bestonden of werden gebouwd krachtens een vôôr dat tijdstip verleende bouwvergunning mogen: 1. Gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd, mits de be staande afwijkingen van het plan niet worden vergroot. 2. Met inachtneming van de rooilijn geheel worden vernieuwd of veranderd, nadat zij door een calamiteit zijn_verwoest mits de bestaande afwijkingen van het plan daarbij niet worden vergroot en behoudens onteigening overeenkomstig de wet. Bedoelde herbouw dient plaats te vinden binneneen jaar na afbraak of teloor gaan van de bestaande bebouwmg. Artikel 21 Beroep op de gemeenteraad. Van besluiten van Burgemeester en Wethouders, bedoeld in de artikelen 3 lid 1, 5 lid 1 en 2, 6 lid 2, 7 lid 2, 8 lid 2, 9 lid 2, 10 lid 2, 11 lia 2, 15 lid 2, 18, kan de belangheb- bende binnen 30 dagen na de dag, waarophem van het beslui is kennis gegeven, bij de gemeenteraad in beroep komen. Artikel 22. Interpretatie Bii twijfel over de interpretatie van deze voorschriften, beslissen burgemeester en wethouders omtrent de wi^ze van toepassing

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1964 | | pagina 131