De raaâ der gemeente LEEÏÏWARDERADEEL
gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 6
april 1965;
gelet op het advies van de commissie voor georganiseerd over-
leg in ambtenarenzaken d.d. 26 maart 1965;
b e s 1 u i t
vast te stellen de navolgende verordening:
VERORDENING tôt regeling van de bezoldiging der ambtenaren in
dienst der gemeente Leeuwarderadeel.
Artikel 1
Deze verordening verstaat onder:
1e. ambtenaarhij die, overeenkomstig de bepalingen van het Al-
gemeen Ambtenarenreglement in openbare dienst der gemeente is
aangesteld in vaste of tijdelijke dienst, met uitzondering van
hem die behoort tôt:
1. het personeel der brandweer
2. het personeel van het bejaardentehuis "Pyter Jurjenshôf
behalve de beheerder van dat Tehuis;
3. het onderwijzend personeel, behalve de vakleerkrachten
2e. salaris: het voor de ambtenaar van 21 jaar of ouder geldende
bedrag van de op zijn ambt betrekking hebbende salarisschaal
zoals dat is vermeld op de bijlagenA en B van deze verordening,
hetzij, indien het betreft een ambtenaar, jonger dan 21 jaar,
het in artikel 4, lid 2, bedoelde bedrag;
3e. loon: het met de leeftijd van de ambtenaar overeenkomende
bedrag van de voor hem geldende groep, zoals dat is vermeld op
de bijlage C van deze verordening;
4e. weddehet salaris of het loon, vermeerderd met de vaste
toelagen, bedoeld onder 8e;
5e. bezoldiging: het salaris of het loon, vermeerderd met de toe
lagen, bedoeld onder 7e;
6e. salarisanciënniteitde tijd die in aanmerking komt voor
de vaststelling van het salaris van een ambtenaar op een hoger
bedrag dan het minimum van de schaal, welke op zijn ambt betrek
king heeft;
7e. toelagen: aile toelagen, waarop ingevolge of krachtens deze
verordening aanspraak bestaat;
8e. vaste toelage: een ingevolge of krachtens deze verordening
verleende toelage, welke in aanmerking komt voor opneming in de
pensioensgrondslag van de ambtenaar.
Artikel -2.
1. Bij de vaststelling van het salaris wordt, behoudens hetgeen
overigens daaromtrent in deze verordening bepaald is, reke-
ning gehouden met de indeling der ambten, in de bij deze ver
ordening behorende bijlagen A en B aangegeven, en met de bij
die indeling vermelde salarisschalen.