Nr. 66/4
De raad der gemeente LEEUWARDERADEEL
gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 10 januari 1966?
b e s 1 u i t
vast te stellen de navolgende verordening:
VERORDENING tôt wijziging van de gemeenschappelijke I.Z.A.-
regeling Friesland.
Artikel I.
In artikel 1 van bovengenoemde regeling wordt het bepaalde sub f, 1e gewijzigd
alsvolgt:
"1e voor de sub d, 1e, omschreven deelnemers het bedrag gelijk aan de bijdrage-
"grondslag als bedoeld in artikel C 2 van de Algemene Burgerlijke Pensioenwet"i
Artikel II.
In artikel 1 wordt het bepaalde sub f, 2e, onder b gewijzigd alsvolgt:
"2e b. indien zij pensioen genieten 70van de voor het pensioen geldende bereke-
ningsgrondslag, nadat deze is vermenigvuldigd met het ingevolge de pensioen-
wetgeving daarop toepasselijke vermenigvuldigingsgetalalsmede de inkomsten
uit algemene voorzieningen in enigerlei vorm, strekkende tôt feitelijke
verhoging van het pensioên.
Artikel III.
In artikel 1 wordt het bepaalde sub f, 3e, vervangen door 3e en 4e luidende als
volgt:
"3e. voor de sub d, 3e, omschreven deelnemers 50% van de voor het pensioen geldende
berekeningsgrondslag, nadat deze is vermenigvuldigd met het ingevolge de pen-
sioenwetgeving daarop toepasselijke vermenigvuldigingsgetalwelk percentage
wordt verhoogd met 10 voor elk van hun voor wezenpensioen in aanmerking komen-
de kinderen tôt een maximum van 20, alsmede de inkomsten uit algemene voor—
zieningen in enigerlei vorm, strekkende tôt feitelijke verhoging van het
pensioen;
"4e. voor de sub d, 4e, omschreven deelnemers 20% van de voor het pensioen geldende
berekeningsgrondslag, nadat deze is vermenigvuldigd met het ingevolge de pen-
sioenwetgeving daarop toepasselijke vermenigvuldigingsgetalalsmede de inkom-
sten uit algemene voorzieningen in enigerlei vorm, strekkende tôt feitelijke
verhoging van het pensioen. Worden meer dan 3 kinderen deelnemer tengevolge
van het overlijden van de ouder, waardoor zij voile wees worden, dan wordt
voor hen gezamenlijk het genoemde percentage beperkt tôt 70*
Artikel IV.
In artikel 3 wordt aan lid 1 toegevoegd:
"j. personen, als bedoeld in artikel 1, sub d, 2e, 3e en 4e, die-ware ten tijde van
het ontslag of het overlijden, waaraan zij aanspraak op pensioen, wachtgeld of
uitkering ontlenen, de gemeente reeds toegetreden - deelnemer hadden kunnen
blijven of worden, mits het verzoek tôt toelating wordt gedaan binnen 1 jaar
na de datum van ingang van deze bepaling, dan wel na de datum, waarop de gemeen-
te toetreedt;