Artikel XIV
Artikel 23b, lid 1, sub a wordt gelezen alsvolgt:
"De ambtenaar, die is te werk gesteld in de zin van artikel 8 of artikel 9 van de
"Met gewetensbezwaren militaire dienst."
Artikel XV.
Artikel 23b, lid 1, sub d wordt gelezen alsvolgt:
"De ambtenaar, die als militair in werkelijke dienst is op grond van een verbintenis
"bij het reservepersoneel der krijgsmacht."
Artikel XVI.
Artikel 23d, lid 6 wordt gelezen alsvolgts
"Het bepaalde in de vorige leden is van overeenkomstige toepassing op de ambtenaar,
"die op grond van een verbintenis als vrijwilliger in de zin van artikel 2, eerste
"lid, onder a of b van het Besluit Rechtstoestandregeling reservepolitie, dan wel
"van artikel 4j van het Besluit Monumentenwacht in werkelijke dienst is."
Artikel XVII.
Artikel 25a, lid 1, laatste zin wordt gelezen alsvolgt:
"Indien een ambtenaar in de loop van een maand in dienst treedt, dan wel wordt ont—
"slagen, ontvangt hij een evenredig deel van 6^ als vakantietoelage over die maand-"
Artikel XVIII.
Artikel 25a, lid 2 wordt gelezen alsvolgt:
"De vakantietoelage bedraagt voor elke maand bedoeld in het eerste lid, &fo van de
"op 1 mei van het jaar van uitbetaling of op de datum van indiensttreding in de
"loop van die maand, voor de ambtenaar geldende bezoldiging per maand vermeerderd
"met de kindertoelage ingevolge de Kindertoelageregeling overheidspersoneel en de
"kinderbijslag ingevolge de Algemene Kinderbijslagwet waarop de ambtenaar per maand
"aanspraak heeft. Voor de ambtenaar, die op 1 mei werknemer was als bedoeld in
"het eerste lid treedt in de plaats van de bezoldiging het loon."
Artikel XIX.
Artikel 25a, lid 3 komt te vervallen.
Artikel XX.
Artikel 25a, leden 4 t/m 7 worden vernummerd tôt 3 t/m 6.
Artikel XXI.
Artikel 38 wordt gelezen alsvolgt:
"Indien de ambtenaar door ziekte of ongeval verhinderd is zijn betrekking te vervul
"len is hij verplicht dit zo spoedig mogelijk mede te delen of te doen mededelen."
Artikel XXII.
Artikel 39 wordt gelezen alsvolgt:
"1Ter beantwoording van de vraag of hervatting van de betrekking door de ambte-
naar al dan niet is uitgesloten kan een geneeskundig onderzoek worden ingesteld.
Zodanig onderzoek wordt in elk geval ingesteld indien de ambtenaar langer dan
een jaar onafgebroken wegens ziekte of ongeval verhinderd is geweest zijn be
trekking te vervullen of wanneer de verhindering binnen een tijdvak van ander-
half jaar in totaal meer dan 365 kalenderdagen heeft geduurd.
