- 2 -
1. Vaststelling notulen van de vergadering van 21 januari 1966.
Zonder hoofdelijke stemming worden de notulen vastgesteld.
2. Ingekomen stukken en mededelingen (voorstel 66/15)®
Naar aanleiding van het onder no. '3 ingekomen stuk merkt de heer ToIsïïu
op, dat hij de benaming van hoofd van dienst minder juist acht. Deze naam
suggereert naar zijn mening een zekere bevoegdheid, waartegen hij toch wel
bezwaren heeft.
De yoorzitter zegt, dat inderdaad na de inwerkingtreding van de Algemene Bij-
standswet de functie van hoofd van dienst uitsluitend hetreft het voeren van
het secretariaat van de dienst. Een wijziging van het règlement van de dienst
is in voorbereiding. Dszo wijziging zal binnenkort aan de raad worden voorge-
legdo
Mevr. Bijlsma is ook van mening dat de benaming "hoofd van dienst" dient te
wordon vervangen door "secretaris van de dienst".
De yoorzitter zegt dat dit niet kan zonder een règlementswijziging.
Zonder hoofdelijke stemming wordt vervolgens conform voorstel 66/15 besloten.
3. Voorstel tôt wijziging van de "Uitkerings- en pensioenverordening wethouders
1965"» (voorstel 66/16).
Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel
besloten (besluit no. 66/11).
4. Voorstel met betrelcking tôt wijziging bezoldigingsregelingen gemeente-secre-
tarissen en -ontvangers per 1 januari 1966.(voorstel 66/17)»
Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel
besloten.
5» Voorstel tôt wijziging van de Bezoldigingsverordening 1965 in verband met de
s al arismaa.tr s gel en per 1 januari 19660 (voorstel 66/18)
Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel
besloten, (besluit 66/12).
6, Voorstel tôt vaststelling van de verordening tôt toekenning van een tegemoet-
koming in studiekcston aan ambtena,ren in dienst der gemeente Leeuwarderadeel.
(voorstel 66/19)0
De heer Tolsma merkt op, dat de verplichting tôt terugbetaling van genoten
studietoelagen bij het verlaten van de gemeente dienst thans niet meer in de
verordening is geregeld.
De yoorzitter zou het zo willen zeggen dat de verplichting tôt terugbetaling
is beperkt tôt het geval van het verlaten van de overheidsdienst
De heer Tolsr.a meent dat nog meer dan nu reeds het geval is de kleinere gemeenten
de opleidingskosten betalen van het personeel van de grotere gemeenten» Het is
immers zo, aldus spreker, dat de kleinere gemeenten als opleidingsinstituut fun-
gsren voor de grotere gemeenten» Hij is van de noodzakelijkheid van de onderha-
vige wijziging dan ook allerminst overtuigd, ook al wil hij er rekening mee hou don
dat ook de eigen gemeente van de opleiding van het personeel profijt kan hebben.
De heer Ni.idam is van mening dat men deze zaak ruimer moet zien. Hij vraagt zich
bovendien af of men dan een andere oplossing weet.
De heer Tolsraa ziet een oplossing in het handhaven van de oorspronkelijke rege-
lingc Overigens zou hij nog de suggestie willen doen een studiefonds van de ge-
zamenlijke gemeenten te stichten en deze onder beheer te stellen van de vereni-
ging van Ned. Gemeenten. Hij wil overigens uitdrukkelijk stellen dat hij ondanks
zijn bezwaren zijn stem aan het voorstel van burgemeester en wethouders niet zal
onthouden.
