Artikel XXXV.
Artikel 51 wordt gelezen alsvhlgt:
"In geval van ziekte of ongeval, ontstaan in verband met de vervulling van zijn
"betrekking, heeft de ambtenaar aanspraak op vrije genees- en heelkundige b shandc-
"ling op de voet van de bepalingen van de Ongevallenwet 1921o"
Artikel XXXVI.
Artikel 52 wordt gelezen alsvolgt:
"1In uitkering wegens ziektekosten van ambtenaren wordt voorzien door toetreding
van de gemeente tôt de gemeenschappelijke regeling, aangegaan door de gemeenten
in de provincie Friesland waarbij is ingesteld het instituut ziektekostenvoor-
ziening voor ambtenaren in dienst dier gemeenten.
''2. De ambtenaar, met uitzondering van hem, die blijkens een schriftelijke mede—
deling van burgemeester en wethouders naar hun oordeel een nevenbetrekking be—
kleedt, is verplicht in de in het eerste lid bedoelde voorziening deel te nemen.
Van deze verplichting kunnen burgemeester en wethouders op zijn verzoek onthef-
fing verlenen aan de ambtenaar, die tegen deze deelneming gewetensbezwaren heeft
"3« De kosten van deze voorziening worden door de gemeente en de ambtenaar gelijke-
lijk gedragen, De bijdrage van de ambtenaar wordt op zijn bezoldiging ingehouden
zij wordt geregeld bij de gemeenschappelijke regeling, bedoeld in het eerste lid
Burgemeester en wethouders kunnen omtrent de inhouding nadere regelen stellen.
Daarin kunnen onder ambtenaren gewezen ambtenaren worden begrepen.
Artikel XXXVII.
Artikel 53 wordt gelezen alsvolgts
"1. Aan een ambtenaar, die een hoofdbetrekking bekleedt in dienst der gemeente, wor
den vergoed de in enig, een période van 12 opeenvolgende maanden omvattend, ti.jd-
vak te zijnen laste blijvende, naar het oordeel van burgemeester en wethouders
redelijk gemaakte kosten voor verrichtingen en leveringen, vallende onder de
voorziening, bedoeld in artikel 52, voor zover zij tezamen met de voor de deel
neming in deze voorziening verschuldigde bijdrage een bedrag overschrijden von
3% van het in dat tijdvak genoten salaris.
"2. Onverminderd het bepaalde in het eerste lid kunnen burgemeester en wethouders
in bijzondere gevallen, indien de noodzakelijke kosten verband houdende met
ziekte. welke de ambtenaar voor zich en zijn gezin heeft gemaakt, een bedrag
overschrijden dat in verhouding tôt zijn salaris redelijkerwijze te zijnen las—
te kan komen, in die kosten een tegemoetkoming toekennen0
Artikel XXXVIII.
Artikel 54 wordt gelezen alsvolgt;
"1. Met verhindering om de betrekking te vervullen wegens ziekte wordt voor de toe-
passing van de voorafgaande artikelen van dit hoofdstuk ten aanzien van vrouwe-
lijke ambtenaren gelijkgesteld verhindering wegens zwangerschap of bevalling.
"2. De verhindering wegens zwangerschap wordt geacht te bestaan van de eerste dag
af dat de betrokkene een verklaring van een geneeskundige of vroedvrouw over-
legt, inhoudendedat haar bevalling waarschijnlijk binnen een tijdsverloop van
zes weken zal plaatshebben.
3. De verhindering wegens bevalling wordt geacht te bestaan, zolang de verhindering
om de betrekking te vervullen uit die oorzaak duurt en in elk geval gedurende
tenminste 6 weken na de dag der bevalling.
"4. De gewezen vrouwelijke ambtenaar, wier bevalling waarschijnlijk is, onderschei-
plaats vindt, binnen 10 weken na haar ontslag, wordt voor de toepassing von
de voorgaande leden tenminste gedurende de daarin genoemde termijnen, doch ten
hoogste gedurende 52 weken na de dag van haar bevalling geacht niet uit haar be-
trekking te zijn ontslagen.
