- 4 - De voorzitter zegt nog dat het niet de bedoeling is de woning zonder meer af te breken, Dat gebeurt niet. ydp mo^eliikheid niet om de woningen te laten staan. S'heer SpL Xt dat hij .r toch niet gelpkkig mee is. Hij kan er wel mee akkoord îaan StiTgemfente de woning koopt teneinde invloed op de besten-rng te toijgen. Tegen verhuur aan serieuze mensen heeft hij geen enkel bezwaar. De gemeente blijft voorzitter zegt toe dat deze mogelijkheid nog eens wordt bezien. Hij is alleen minder optimistisch dan de heer Span. Het bezwaar van verhuur xs dat de woning niet meer zo gemakkelijk ontruimd kan worden. Er is dan het een en ander aan de woning gebeurd en het valt dan met mensen er uit te krijgen. De heerJTolsma heeft bezwaar tegen verhuur. De mensen eisen dan wel het een en ander. Zonder verdere discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voor- stel besloten (besluit 68/26) 10. Voorstel tôt h et. ^.randeren van rente en ^flpgpj vr van ^ypytViecq.ire gçWeningen Wflwr)H (ioor na.rti.culi eren te bouwfin wonxpm» (voorstel 65/jlj Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel besloten (besluiten 68/27a t/m p) 11. Voorstel tôt het beschikbaarstellen van een cred^et vçor verpl^gtsing van, rie onslagp] aats van gemeentewerken (voorstel 68/34). De heer Soepboer wil in grote lijnen wel met het voorstel akkoord gaan, maar ziet de grote urgentie van het werk niet. Het is nogal een behoorlijkemvestenng. Hij gelooft niet dat het op dit moment van wijs beleid getuigcî om hier nu toe te besluiten. Natuurlijk zal het er eens weg moeten. De noodzaak in verband met de parallelweg is er op dit moment met. Hij ziet de urgentie thans niet met name in het licht van onze fmanciele situ- De1voorzitter is het in zoverre met de heer Soepboer eens dat het niet het meest urgente werk is. Het is echter een klein werk. We behoeven met op een geldlemng te wachtenHet kan voor onze dienst van gemeentewerken een aantrekkelijk objec zijn om het in fasen uit te voeren. Het belangrijkste is echter dat wij de ont- sierende opslagplaats aan de grote weg kwijtraken en bovendien is het een uit vloeisel van het eerder genoœen raadsbesluit tôt aankoop van de betreffende boer- derij. Het verbaasd de voorzitter uit de mond van de heer Soepboer bezwaren te moeten horen, omdat de huidige opslagplaats de toegang tôt Britsum m ernstige mate ontsiert. De heer Snenboer is niet overtuigd door de woorden van de voorzitter al is wel blij met de uit de woorden van de voorzitter blijkende conclusie dat hij me al te zeer "dorpistisch" heeft gesproken. De vnnrzi tter zegt dat inderdaad de urgentie van dit werk niet de hoogste is, maar we verkeren in een situatie dat we soms moeten pakken wat haalbaar is. En dit werkje is haalbaar In zoverre mag misschien wel gesproken worden van een stukje gelegenheidspo tiek van het collège met dit opslagterrein. De heer Tolsma zou het met de heer Soepboer eens zijn, indien het bedrag van de vestering veel hoger zou zijn. Hij zou het nu willen proberen. De heer Soenboer wil het meer principieel zien. Er zijn wel meer objectjes die voor dit bedrag kunnen worden uitgevoerd, wellicht zelfs nuttiger. De vnm-zi tter zegt nogmaals dat niet uit het 00g mag worden verloren dat voor dit werkje wellicht machtiging kan worden verkregen omdat het een onderdeel is van een gesubsidieerd werkje. De heer B.W. Pi ikatra voelt er niets voor. Hij wil graag geacht worden te hebben Deghee^vâ^Dij^ kan zich wel voorstellen dat er meer urgente werken bestaan. De voorzitter ziet dat niet maar vraagt of hoofdelijke stemming nodig is.

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1968 | | pagina 7