N o t u 1 e n van de buitengewone vergadering van de raad van de gemeente Leeuwar deradeel, gehouden op donderdag 30 januari 1969's middags om 2.30 uur in het gemeentehuis te Stiens. Voorzitter: Ht Hellinga Secretaris: F.J. Kram. Aanwezig zijn de leden: F. Th. Dijkstra, H. Zondervan, mevrouw G. Bijlsma-Boersma mevrouw P. Stolte—v.d. Meulen, de heren Sj. Spam, W.J. Nijdam, T. Kuipers, P. Soepboer, J. Tolsma en P. Tulner. Afwezig met kennisgevings de heer G. Hopster. Agenda; 1. Opening. 2. Ingekomen stukken. 3. Afscheid burgemeester Hellinga. 4. Sluiting. De voorzitter opent de vergadering en heet aile aanwezigen hartelijk welkom. Bij punt 2, de ingekomen stukken en mededelingen, leest de secre taris het koninklijk besluit voor, waarbij de heer H. Hellinga is benoemd tôt burgemeester van Heeren- veen met verlening van eervo] ontslag als burgemeester van Leeuwarderadeel. Verder is een aantal berichten van verhindering van genodigden ontvangen. Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming worden aile stukken voor kennisge— ving aangenomen. Vervolgens richt de voorzitter zich met de volgende woorden tôt de raad: "Dames en heren leden van de raad. Het is met zeer gemengde gevoelens, dat ik vanmiddag het woord tôt u richt. Als ik zou zeggen, dat het mij alleen maar spijt, dat deze raadsvergadering de laatste is, die ik in Leeuwarderadeel leidt, zou ik de waarheid geweld aan doen. Naast de vreugde over mijn benoeming in Heerenveen en de verwachtingen, die ik ten aanzien van de vervulling van het burgemeestersambt aldaar koester, is er echter wel degelijk een zekere weemoed en spijt om het afscheid, dat wij nu van elkaar gaan nemen. Toen ik op 3 december 1962 in uw midden werd geinstalleerd kwam ik met hoog ge— spannen verwachtingen tôt u. Immers, dat burgemeestersambt boeide mij in hoge mate en tôt Leeuwarderadeel, dat wij nog maar zeer oppervlakkig hadden verkend, voelden wij ons aangetrokken. Uw raad trad mijn gezin en mij spontaan en hartelijk tege- moet en ik kon derhalve in de best denkbare sfeer mijn werk beginnen. In de ruim 6 jaar, die ik met u heb mogen samenwerken is die uitstekende sfeer gebleven en heb ik van de raad, de wethouders, de vorige en huidige secretaris, de direkteur van gemeentewerken, de direkteur van het gasbedrijf, de andere leden van het gemeente- personeel en van heel veel anderen enorm veel medewerking en steun ondervonden en is vooral daardoor het werken hier mijn vrouw en mij een grote vreugde geweest. Het is mij een behoefte, daarvoor op dit moment, ook uit naam van mijn vrouw en kinderen, mijn hartelijke dank uit te spreken. Niet zelden is men geneigd, hetgeen in een gemeente tôt stand komt, te schrijven op het saldo van de burgemeester, TeneLnde de man er voor te behceden, naast zijn schoenen te gaan lopen, verwijt men hem dikwijls ook, wat niet gelukt of gewoon blijft liggen. Zonder mij met het laat ste bezig te houden wil ik wel zeggen, dat het eerste niet juist en onredelijk is.

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1969 | | pagina 1