- 3 - q. Voorstel om aan het gemeentebestuur van Leeuwarden te berichten, dat geen gebruik 7.a.l worden "ge'maakt van het aaribod tôt vuilverwerking (voorstel 69/117 De heer Tolsma vraagt, of het gemeentebestuur van het Bildt toestemming aan Gedeputeerde Staten heeft gevraagd om het voormalig ijsbaanterrein te Sint Anna- parochie als vuilstortplaats te mogen inrichten. De voorzitter antwoordt dat de aanvrage reeds is ingediend. Spreker acht het wel noodzakelijk dat op den duur tôt vuilverbranding wordt overgegaan. De inrichting van het voormalige ijsbaanterrein te Sint Annaparochie tôt vuilstortplaats is een overgangsmaatregel. In het buitenland wordt geëxperimenteerd met goedkopere manieren van vuilverbranding. In deze overgangsperiode heeft men ruim de tijd om te profiteren van de ervaring, die wordt opgedaan bij de goedkopere vuilverbran ding. De manier, waarop de gemeente Leeuwarden het vuil verwerkt is vrij kostbaar. Indien te zijner tijd blijkt dat het vuil van deze gemeente het beste in de ver- brandingsinstal1atie van de gemeente Leeuwarden kan worden verwerkt, dan bestaat die mogelijkheid altijd nog. De installatie is ni. altijd voor uitbreidmg vatbaar, Zonder verdere discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel besloten. 10. Voorstel tôt wi.iziging van de verordening beloning brandweerpersoneel (voorstel 69/118). De heer Tolsma juicht het voorstel toe. Hij zou graag zien, dat de beloning van het brandweerpersoneel ook bij de periodieke salarisverhogingen van het gemeente- personeel wordt bekeken. De voorzitter zegt toe dat deze beloning ook zal worden herzien met andere loons- verhogingen, indien dat noodzakelijk is. Zonder verdere discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel besloten (besluit 69/94) 11 Voorstel tôt het aangaan van een vaste geldlening met de Cooperatieve Raiffeisen— bank te Leeuwarden (voorstel 69/119).* Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel besloten (besluit 69/95)* 12. Verzoek van gedeputeerde staten om het oordeel van de raad de vernemen^ omtrent de voorgenomen herziening van de .iaarwedden van secretarissen en ontvangers per 1 .iuli 1969 (voorstel 69/120). De heer Tolsma acht het wenselijk dat burgemeester en wethouders gedeputeerde staten berichten dat het onnodig is de raden der diverse gemeenten om hun oordeel te vragen, omdat het een formaliteit is en de gemeenteraden in deze toch geen zeggenschap hebben. De voorzitter zegt toe, dat aan gedeputeerde staten een dergelijk schrijven zal worden gezonden. Zonder verdere discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel besloten. 13. Voorstel tôt benoeming van een drietal leden in de commissie voor de straatnamen Tvoorstel 69/121

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1969 | | pagina 5