Agendapunt 8 Voorstel 69/ 162 S t i e n s, 10 november 1969 Onderwerp: Uitvoering Kleuteronderwijswet. Aan de gemeenteraad. Ingevolge artikel 47, 1e lid van de Kleuteronderwijswet, moet in gemeenten, waar êën of meer openbare kleuterscholen bestaan, de gemeenteraad jaarlijks voorlopig vaststellen: a. het bedragdat de gemeente in het voorafgaand kalenderjaarterzake van de in artikel 38, onder h en i bedoelde kosten (die van het onderhoud van de schoolgebouwen en die van verlichting, verwarming en schoonhouden van schoolgebouwen) voor die scholen werkelijk heeft uitgegeven; b. het bedrag dat van rijkswege over het betrokken kalenderjaar was be- schikbaar gesteld ter bestrijding vain de onder a bedoelde uitgaven; c. zonodig het verschil tussen de onder a en b bedoelde bedragen; d. het bedrag, dat de gemeente in eerder bedoeld kalenderjaar terzake van de in artikel 38 onder j t/m 1 bedoelde kosten (die van het onderhoud van de schoolmeubelen, het ontwikkelingsmateriaalde hulpmiddelen en schoolbehoeften, die van aanschaffing van ontwikkelingsmateriaal, hulp middelen en schoolbehoeften, voor zover die aanschaffing strekt ter ve:r- vanging van ontwikkelingsmateriaal en hulpmiddelen, die tengevolge van langdurig gebruik niet meer kunnen worden gebruikt, of tôt aanvulling van de voorraad van schoolbehoeften, in verband met vermindering door gebruik, alsmede aile andere uitgaven, ter verzekering van de goede gang van het onderwijs) voor die scholen werkelijk heeft uitgegeven; e. het bedrag, dat van rijkswege over het betrokken kalenderjaar was be— schikbaar gesteld ter bestrijding van de onder d bedoelde uitgaven; f. zonodig het versohil tussen de onder d en e bedoelde bedragen. Uit het hierbijgaande ontwerp—besluit dat wij u ter voorlopige vaststel— ling aanbieden - blijkt, dat voor het cnderhoud, verlichting, verwarming en schoonhouden van schoolgebouwen belangrijk mêêr is uitgegeven dan daarvoor door het Rijk beschikbaar is gesteld. Wat de overige materiële exploitatie— kosten betreft, zoals het aanschaffen van ontwikkelingsmateriaal enz.is de vergoeding van het rijk ruim voldoende gebleken. Burgemeester en wethouders van Leeuwarderadeel de secretaris, de burgemeester, J.P. VAN DER KOOI. H. BOSCHMA. TA/BO

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1969 | | pagina 31