- 8 - Zoals hiervoor reeds vermeld is de garantie-uitkering met ingang van 1970 volledig vervallen. Hiervoor werd in 1969 nog een bedrag van f 28.980, geraamd. Op dit hoofdstuk is onder volgnummer 271 wegens aanvullende bijdrage uit het gemeentefonds een bedrag geraamd van f 264.000,Zoals opgemerkt zal dit bedrag worden teruggebracht tôt f 216.215,Dit bedrag zal nog weer worden verhoogd met de lasten van bepaalde uitgaven, waartoe eerder door u xrerd besloten, doch die niet meer in de primitieve begroting konden worden opgenomen. Deze lasten zullen bij afzonderlijke wijziging aan de begroting worden toe- gevoegd. Wij stellen u voor bij de ministers van binnenlandse zaken en van financi'ên een verzoek om een aanvullende bijdrage in te dienen ter dek- king van het tekort. Wij mogen hierbij nog wijzen op enige algemene voorwaarden, die aan het verlenen van aanvullende bijdragen zijn verbonden. a. aan nog openstaanae begrotingen worden geen nieuwe uitgaven toegevoegd, welke het evenwicht verstoren of verder verstoren; b. besluiten, welke niet onmiddellijk financi'éle gevolgen hebben, doch kun- nen leiden tôt uitgaven, welke het evenwicht op de begrotingen versto ren, worden niet genomen. Met betreklcing tôt deze voorwaarden is nog gesteld, dat indien een nieuwe uitgaaf onontkoombaar is en er geen mogelijkheden meer tôt het verlagen van andere uitgaven of het aanboren van nieuwe inkomstbronnen bestaan, een ver zoek kan worden ingediend voor een aanvullende uitkering voor het volgend jaar. De bedoeling van deze regeling is een oplossing te bieden voor uit- zonderingsgevallen. Het probleem hierbij is, dat geen objectieve omschrij- ving van het begrip uitzonderingsgevallen bestaat, zodat 00k hier weer de eindbeslissing bij de minister berust. Gemeentelijke samenwerking Onder hoofdstuk X - Economische aangelegenheden - hebben wij u reeds geat- tendeerd op het onderzoek naar een mogelijke concentratie van de gasbedrij- ven in Noordwest Friesland. Verder is in de loop van dit jaar de gemeenschappelijke regeling tôt in- stelling van een werkvoorzieningsschap voor buitenobjecten samen met de ge- meenten Barradeel, het Bildt en Menaldumadeel tôt stand gekomen. Tenslotte zal binnenkort op grond van de IJet Sociale Werkvoorziening een nadere be- slissing moeten worden genomen omirent verdere samenwerking inzake de plaat- sing van gehandicapte hand- en hoofdarbeiders op een werkplaats. Wij beraden ons daarbij momenteel over de vraag of, gezien de geografische ligging van onze gemeente, samenwerking met andere partners in dezen wel- licht gerechtvaardigd en mogelijk is. Uit dit ailes zal u duidelijk geworden zijn, dat de samenwerking tussen ge- meenten momenteel in het middelpunt van de balangstelling staat. Ongetwij- feld is dit mede een gevolg van een schijnbaar algemeen verlangen naar gro- tere eenheden om betere voorzieningen te kunnen treffen. Deze samenwerking kan allerlei vormen aannemen, vari'ërend van een collegiaal gesprek in een burgemeesterskring tôt gemeenscha,ppelijke regelingen en streekbelangenge- meenschappen. Het zou ons te ver voeren op dit onderwerp, waarbij dan de gemeentelijke herindeling 00k nog zou kunnen worden betrokken, uitvoerig in te gaan. Wij willen volstaan met de mededeling, dat in de nabije toekomst tussen de burgemeesters van Leeuwarden en omliggende gerneenten over diverse onderwer- pen ori'ênterende besprekingen inzake mogelijke samenwerking zullen plaats vinden. Welke resultaten en voorstellen daaruit eventueel zullen voortvloei- en valt moeilijk te voorspellen. De verst doorgevoerde vorm vain samenwerking zou kunnen leiden tôt de vorming van een stadsgewest. Met de resultaten van een en ander zullen wij u tijdig in kennis stellen.

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1969 | | pagina 63