het gemeentefonds te bespoedigen, opdat zo snel mogelijk over het nodige cijfer—
materiaal kan worden beschikt.
Zonder verdere discussie en zonder hoofdelijke stemming worden de notulen vastge-
steld, zoals zij de leden van de raad in concept zijn toegezonden.
2. Ingekomen stukken en mededelingen. (voorstel 70/l)
Het komt de heer Ni.jdam vreemd voor, dat schoolradio ordeverstorend werkt. Dit
naar aanleiding van punt 3 der ingekomen stukken.
De voorzitter antwoordt, dat het in deze wel verschil maakt of men met klassen
van 25 of van 48 leerlingen heeft te maken. Dit laatste is thans nog het geval.
Wanneer de nieuwe school in plan zuid klaar komt, worden de klassen weer kleiner
en dan kan men de mogelijkheid van de aanschaffing van schoolradio opnieuw in
overweging nemen.
De voorzitter stelt voor het structuurplan onder de leden van de raad te laten
circuleren, opdat men zich een jûister beeld kan schoppen en "beter beslagen op
het ijs kan komen". De behandeling kan dan plaatsvinden in de eerstvolgende raads—
vergadering.
Zonder verdere discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het
voorstel besloten.
3» Voorstel tôt nadere vaststelling van de beloning voor li.jkschouwing. (voorstel 70/2
Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel
besloten. (besluit 70/2)
4Voorstel tôt toekenning van een subsidie aan de stichting maatschappeli.jk werk voor
geesteli.jk gehandicapten. (voorstel 70/3)
Mevrouw Stolte konstateert dat het hier gaat om een êénmalig aanloop subsidie per
inwoner. Zij vraagt zich wel af hoe deze subsidieverlening in de toekomst zal
gaan. Spreekster voelt er veel voor evenals met andere soortgelijke subsidies
in het vervolg een subsidie per aantal behandelde gevallen te verlenen.
De heer Tulner vraagt zich af in hoeverre het verlenen van een subsidie aan een
dergelijke stichting tôt de taak van de gemeente behoort* Als aile instituten en
verenigingen, die werkzaam zijn op het terrein van de volksgezondheid, op deze
manier aan geld moeten komen, dan is dat altijd afhankelijk van de welwillendheid
van de gemeentebesturen. Wij staan natuurlijk sympathiek tegenover deze stichting
en zien 00k het nut van deze stichting wel in, zo vervolgt spreker. Als het werk
van deze instellingen nuttig en noodzakelijk is, moet de rijksoverheid voor dit
werk een bedrag op de begroting uittrekken. Het gaat hier om de nazorg van de kin-
deren, die van B.L.O. scholen komen. Op de begroting van het ministerie van onder—
wijs kan dan een bedrag worden opgenomen voor het aanstellen van een maatschappe-
lijk werker aan êên of meerdere scholen, die met de zorg en nazorg tijdens het
schoolgaan en na het verlaten der school kan worden belast. Het overige werk van
deze stichting kan xvorden ondergebracht onder de algemene wet bijzondere ziekte-
kosten. Indien dit gerealiseerd kan worden, is er een juistere vorm van financie-
ring en is 00k de voortgang van dit werk veel meer gewaarborgd. In théorie is het
mogelijk dat aile gemeenten weigeren subsidie aan deze stichting te verlenen.
Spreker vraagt zich af, hoe men dan als stichting moet handelen. De A.R.-fraktie
zou het collège van burgemeester en wethouders dan 00k willen verzoeken aan de
Vereniging van Nederlandse Gemeenten een brief te schrijven met het voorstel het
subsidiëren van dergelijke instellingen van gemeentewege te beëindigen en hiervoor
in de plaats een rijksregeling in het leven te roepen.
De heer Tolsma^zegt de gedachtengang van de heer Tulner heel goed te kunnen volgen.
De afdeling Priesland van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten heeft hiervoor
een verdeelsleutel gegeven. Men is aan deze verdeelsleutel niet gebonden, zodat
het feit zich kan voordoen, dat de ene gemeente ruim subsidieert, terwijl een an-