- 3 -
2. Indien de in het vorige lid bedoelde verplichting alsnog wordt nagekomen,
wordt de uitkering over de tijd van schorsing alsnog uitbetaald.
Uitkering bij overlijden
Artikel 8
1. Zo spoedig mogelijk na het overlijden van de gewezen wethouder wordt aan
de weduwe of weduimaar een bedrag uitgekeerd, gelijk aan de uitkering waar-
op de gewezen wethouder op de dag van het overlijden recht had, berekend
over drie maanden.
2. Laat de overledene geen weduwe of weduwnaar na, dan geschiedt de uitke
ring ten behoeve van de minderjarige wettige of natuurlijke kinderen van de
overledene, of minderjarige kinderen waarover de overledene ten tijde van
het overlijden de pleegouderlijke zorg droeg. Onder pleegouderlijke zorg
wordt verstaan de zorg voor het onderhoud en de opvoeding van het kind als
was het een eigen kind, onafhankelijk van enige verplichting daartoe of
van het genieten van een vergoeding daarvoor. Ontbreken ook zodanige kinde
ren, dan geschiedt de uitkering, indien de overledene kostwinner was van
ouders, meerderjarige kinderen, broeders of zusters, ten behoeve van deze
betrekkingen.
3. Laat de overledene geen betrekkingen als bedoeld in het eerste en tweede
lid na, dan kan het aldaar bedoelde bedrag geheel of ten dele worden uitge
keerd voor de betaling van de kosten van de laatste ziekte en van de lijkbe-
zorging, indien zijn nalatenschap voor de betaling van die kosten ontoerei-
kend is.
Vervanging
Artikel 9
1. Het bepaalde in deze afdeling is niet van overeenkomstige toepassing ten
aanzien van hem die krachtens het gestelde in artikel 96 van de gemeentewet
tijdelijk met de waarneming van het wethouderschap is belast geweesto
2. Voor de berekening van het tijdvak, bedoeld in artikel 2, eerste lid,
telt tevens mee de période waarin de belanghebbende krachtens het gestelde
in artikel 96 van de gemeentewet tijdelijk doch gedurende meer dan dertig
dagen onafgebroken met de tijdelijke waarneming van het wethouderschap is
belast geweest, indien het tijdvak van die waarneming zonder onderbreking
wordt gevolgd door een tijdvak, waarin hij anders dan krachtens artikel 96
van de gemeentewet als wethouder is opgetreden.
Afdeling II Pensioenen
Hoofdstuk I Algemene Bepalingen
We duwnaarsp e ns io e n
Artikel 10
1. De bepalingen van deze verordening voor het weduwenpensioen zijn voor zo-
ver mogelijk van overeenkomstige toepassing op het weduwnaarspensioen.
2. Indien er recht ontstaat op weduwnaarspensioen wordt voor de toepassing
•van artikel 24, eerste lid, voor moeder onderscheidenlijk vader, gelezen;
vader onderscheidenlijk moeder.