2 - gaande ontwikkeling van de sport zal het wellicht in de toekomst noodza- kelijk worden de taak van de commissie uit te breiden en haar bestuurlij- ke bevoegdheden toe te kennen. De door ons gekozen ontwerp-regeling is zo eenvoudig mogelijk gehouden. Mocht in de praktijk blijken, dat een verdere uitwerking van bepaalde on- derdelen noodzakelijk is, dan kan hiertoe na verloop van tijd zo nodig worden besloten, waaromtrent de commissie dan moet worden gehoord. Van de zijde van de sportverenigingen, die een exemplaar van de ontwerp- verordening hebben ontvangen, zijn tegen de regeling geen bezwaren gemaakt Ingevolge artikel 2 van het ontwerp zullen in de commissie zitting hebben een lid, aan te wijzen door burgemeester en wethouders uit hun midden, twee leden, aan te wijzen door de gemeenteraad uit zijn midden en zes le- den, aan te wijzen door burgemeester en wethouders uit personen, die re- presentabel kunnen worden geacht voor het gemeentelijk sportleven, zulks op aanbeveling van de sportorganisaties. Uat de laatste zes leden betreft zullen naar onze mening de verschillende takken van sport alsvolgt in de commissie moeten worden vertegenwoordigd. a. voetbal een lid gymnastiek, zwemmen een lid c. kaatsen ggn d. schaatsen edn lid e« korfbalhandbal edn lid f. volleybal, tennis edn lid Verder stellen wij ons voor, dat de directeur gemeentewerken als advise- rend lid in de commissie zitting zal hebben. Wij stellen u voors a. over te gaan tot het vaststellen van een verordening voor een commis sie van overleg voor de lichamelijke opvoeding en de sport, zoals in concept bijgevoegds b. over te gaan tot de benoeming van een tweetal leden in deze commissie uit uw midden. Burgemeester en wethouders van Leeuwarderadeel de secretaris, burgemeester, J.P. VAN DBPl KOOI. H„ BOSCHM. vdk/s

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1970 | | pagina 40