Stiens, 18 november 1970.
Aan
burgemeester en wethouders der
gameente Leeuwarderadeel
en
de raad der gemeente Leeuwarderadeel
Onderwerp
Bezwaarschriften
hondenbelasting.
De commissie administratief beroep bestaande uit de raadsleden T.Kui-
pers, voorzitter, P.Tulner en Mw. G.Nicolaij-Bultsma, leden, heeft in
een vergadering gehouden op dinsdag 17 november 1970, behandeld de
ingekomen bezwaarschriften tegen de aanslag hondenbelasting 19^9 va11
IJ. Tiesnitsch, Truerderdyk 13, Stiens en tegen de aanslagen honden-
belasting 1970 van L. Wobbema, Op 'e Terp 32, Jelsum;P.H. Miedema,
Lege Hearewei 42, Stiens^ Tj. Veenstra, Holdingawei 24 Finkum? E.Klaver,
Iestdylc 8, Pinkum en B.v.d.Velde, Haskedyk 5, Jelsum.
Appellanten zijn in de gelegenheid gesteld ten overstaan van de commis
sie hun bezwaren mondeling toe te lichten van welke mogelijkheid door
Tiesnitsch, Miedema, Veenstra, Klaver en v.d.Velde gebruik is gemaakt,
L.Wobbema is niet verschenen.
Bezwaarsçhrift IJ. Tiesnitsch.
Aan IJ.Tiesnitsch, Truerderdyk 13, Stiens is een aanslag over 1969 opge-
legd van f 25,zijnde het tarief van een luxe hond. Hiertegen heeft
betrokkene een bezwaarschrift ingediend, omdat deze hond naar zijn me-
ning dient te worden aangemerkt als waakhond.
Tegenover de commissie verklaarde Tiesnitsch dat hij de hond april 1969
had gekregen, deze was toen 4 weken oud.
Betrokkene is weduwnaar, heeft een groot erf en woont alleen, aan de
rand van het dorp. De hond was aangeschaft voor de gezelligheid en voor
bewaking van de eigendommen. De heer Tiesnitsch heeft tegenover de
commissie niet kunnen aantonen dat de hond uitsluitend wordt gehouden
voor bewaking.
Op grond van bovenstaande is de commissie van oordeel dat de hond van
betrokkene niet kan worden aangemerkt als waakhond en stelt u voor het
bezwaarschrift van de heer Tiesnitsch ongegrond te verklaren.
Wel is de commissie van oordeel dat Tiesnitsch recht heeft op onthef-
fing over het 1e halfjaar.
Ingevolge het bepaalde in art. 6 sub.a der Verordening op de heffing
van een belasting op de honden is geen belasting verschuldigd voor hon—
den beneden de leeftijd van drie maanden, voor zover deze honden niet
op de openbare weg komen.
Voorgesteld wordt, ontheffing te verlenen over het 1e halfjaar en de
aanslag te verminderen met 12,50.
Bezwaarschrift L.Wobbema.
De heer Wfobbema heeft naar de meaing van de commissie in zijn be zwaar
schrif t niet aannemelijk kunnen maken dat de aanslag ten onrechte is
opgelegd.
De commissie stelt derhalve voor de aanslag te handhaven.
