- 6 -
Gemeentebegro ting
Volgno. 42. Onderhoud en schoonhouden van het gemeentehuis.
Enige leden van de 3e sectie informeren
naar het bedrag van f 50,wegens on
derhoud van het gemeenterijwiel en vra-
gen of dit rijwiel nog wel gebruikt
wordt.
Deze leden vragen zich verder af op
welke post de reiskosten van de con
cierge worden verantwoord.
De commissie van rapporteurs geeft deze
vraag door aan burgemeester en wethou-
ders.
Toen het gemeentehuis nog in Huizum
stond werd het gemeenterijwiel inten-
sief gebruikt, door ambtenaren van het
gemeentehuis, die voor zaken naar de
provinciale griffie moesten of naar an—
dere instanties in de stad.
Na de verplaatsing van de zetel van het
gemeentebestuur naar Stiens, lag het in
de bedoeling dat de ambtenaar van soci
aie zaken voor het uitbrengen van rap-
porten in de buitendienst, als vervoer-
middel gebruik zou maken van de gemeen-
tefiets. Immers Stiens lag precies in
het centrum van de gemeente, met 5 km
vas overal de gemeentegrens bereikt.
Daardoor werd een autovergoeding voor
deze functionaris bespaard.
In de praktijk is hiervan, althans de
laatste jaren,weinig terecht gekomen.
De ambtenaar van sociale zaken heeft
een eigen auto en declareert aan de ge
meente de afgelegde kilometers naar
f 0,21 volgens het Reisbesluit.
Ook de concierge brengt de bescheiden
in zijn eigen auto rond en declareert
ook 0,21 per km. Na 1 januari 1971
wordt dit f 0,22 per km.
De reiskosten van de concierge worden
onder volgno. 56 verantwoord. De ge-
meentefiets wordt nog zeer sporadisch
gebruikt. Bij verplaatsing per rijwiel
is de betrokken ambtenaar veel langer
onderweg. Gezien de sterk gestegen sa-
larissen vragen wij ons af, wat voor
de gemeente voordeliger is, per uur be-
rekend, vervoer per eigen auto of per
gemeentefiets
De rijwieltoelage van de concierge werd
inmiddels ingetrokken.
Volgno. 72. Presentiegelden leden stembureaux.
Aile leden van de 2e sectie zullen gaar-
ne zien dat het maximum van f 40,op
f 60,wordt gebracht.
De commissie van rapporteurs is van oor-
deel dat het maximum tôt f 60,per
dag dient te worden verhoogd.
Meerdere uitspraken van de Kroon zijn
van de stelling uitgegaan dat bij de
vaststelling van de presentiegelden
voor de leden van stembureaux aan de
eis van soberheid dient te worden vol-
daan. De vraag of dit inderdaad het ge-
val is, is niet alleen afhankelijk van
de absolute hoogte van de uitgegeven
bedragen, maar ook van de hoogte van
de uitgaven in verhouding tôt de rede-
lijke behoeften.
Door één van de collèges van gedepu-
teerde staten is laatstelijk in maart
1970 een vergoeding van maximaal f 50,
per zittingsdag aanvaardbaar geacht. In
deze vergoeding zijn de kosten van e-
ventuele verteringen inbegrepen.