Agendapunt 12
voorstel 71120
onderwerp;
preeentiegeld raadeleden.
Stiens, 13 September 1971.
Aan
de gemeenteraad
Bij brief van 23 maart 1971 afd. A.Z no. 4128 hebben Gedeputeerde Staten aan de ge-
meenteuesturen in Priesland medegedeeld, dat zij bij de behandeling van verzoeken
tot nadere vaststelling van de vergoedingen voor de leden van de gemeenteraden voor
het bijwonen van vergaderingen van de raad, te rekenen met ingang van 1 januari
1971, als norm voor gemeenten tot 10.000 inwoners, maximaal f. 30,per lid en per
vergadering aanhielden.
Het presentiegeld voor de raadsleden werd op uw verzoek laatstelijk bij besluit van
Gedeputeerde Staten van 20 augustus 1970 afd. A.Z. no. 10780, ingaande 1 januari
1971, voor deze gemeente vastgesteld op f. 25,— per lid en per vergadering.
Het wil ons voorkomen, dat er voldoende termen aanwezig.zijn, de preseatiegelden in
gaande 1 januari 1972 op te trekken tot het door Gedeputeerae oxaten toelaatbaar
^geachte maximum van f. 30,— per lid en per vergadering.
Wij stellen u voor een daartoe strekkend verzoek tot Gedeputeerde Staten te richten.
Burgemeester en wethouders van Leeuwarderadeel,
de secretaris, de burgemeester,
J.P. V.D. KOOI.
H. BOSCHMA.
AT/KO