71/93
De raad der gemeente Leeuvrarderadecl5
gezien het verzoek van het bestuur van de woningstichting "Leeuwarden-Leeuwar-
deradeel", gevestigd te Leeuwarden, d»d. .3 September 1971? bij Koninklijk
Besluit van 10 maart 1914no„ 17? toegelaten als instelling, uitsluitend in
het belang van de verbetering der volkshuisvesting werkzaam, welke toelating
der stichting is gehandhaafd bij Koninklijk Besluit van 7 juli 1966 no. 49?
oms
a. voorschotten uit de gemeentekas voor de bouw van dertig woningwetwoningen
te Stiens.
b. bijdragen in de ongedekte jaarlijkse kosten? voortspruitende uit de ex-
ploitatie van deze woningen^
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 27 September 1971?
overwegende, dat aan woningen, als genoemde instelling beoogt te bouwen, in
deze gemeente inderdaad grote behoefte bestaat en dat binnen afzienbare tijd
niet is te verwachten, dat van particuliere zijde in deze behoefte zal worden
voorzien, terwijl uitvoering van het bouwplan binnen het kader van het aan de
gemeente toegewezen woningcontingent mogelijk is5
gelet op artikel 60 van de Woningwet en de beschikking geldelijke steun toe
gelaten instellingenj
b e s 1 u i ts
I A. onder voorbehoud van toezegging van de door de gemeente van het Rijk te
vragen geldelijke steuns
I aan bovenvermelde instelling tegen een rente, die de gemeente voor
het onderhavige doel aan het Rijk moet betalen, welke rente voors-
hands 7per jaar bedraagt, een tweetal voorschotten uit de gemeen
tekas te verstrekken voor de financiering van de stichting van dertig
woningwetwoningen te Stiens, t.w.s
1e een grondvoorschot van ten hoogste SSnhonderd SSnentachtigduizend
twintig gulden f.^ 181.020,
2e voor de bouw van bovenbedoelde woningen een bouwvoorschot van ten
hoogste Sen miljoen driehonderd zevenenveertig duizend tweeSnveer-
tig gulden f. 1.347.042?
zulks onder de volgende voorwaarden;
a. voor rente en aflossing van het grondvoorschot en het bouwvoorschot, moet
door de instelling aan de gemeente jaarlijks gedurende 75 resp. 50 jaren
annuiteiten worden voldaan, groot 7,778$ resp. 7940/ van de werkelijke
verleende voorschotten, hiervoor genoemd I sub 1e en 2e.
b. de annuiteiten onder a. bedoeld, zullen voor de eerste maal vervallen op
de dagen, nader door burgemeester en wethouders te bepalen, in verband met
tijdstip of de tijdstippen, waarop de voorschotten zullen zijn uitbetaald;
Co bij faillissement of bij ontbinding of opheffing der instelling, alsmede
indien de voorwaarden, waaronder de voorschotten zijn verleend, niet wor
den nageleefd, worden de voorschotten of de onafgelaste gedeelten daarvan
terstond opvorderbaar^
do bij vervreemding of bezwaring van onroerende goederen der instelling, zon-
der goedkeuring van burgemeester en wethouders, of anders van gedeputeerde
staten, zal het bestuur aan de gemeente verbeuren een bedrag van tweedui—
zend gulden (f. 2.000,—) waarvoor de leden van het bestuur, die aan het
besluit tot vervreemding of bezwaring hebben medegewerkt of zich daarte-
gen niet hebben verzet, 00k na hun aftreden als bestuurslid hoofdelijk
ieder voor het geheel aansprakelijk zullen zijn, onverminderd het recht
der gemeente om, zo daartoe termen zijn, in plaats van de geldboete scha-
devergoeding te eisen om de vervreemding of bezwaring niet als geldig te
erkennenj