- 3 - Voorstel "tot vaststelling van het bestemmingsplan voorhet Tmitensebied (voorstel 71/92) De heer Beeksma vindt dat de bepalingen m.b.t, grootte en hoogte van gebouwen met soepelheid moet worden toegepast, Hij stelt het eohter wel op prijs als er beplariing rondom de gebouwen aangebracht wordt. Spreker is van mening dat in- dieners van bezwaarsohriffcen eventueel een goede schadeloosstelling moeten krijgen. Het algemeen belang moet voor alles gaan. Hevrouw Bijlsma aoht het een moeilijke materie en vraagt zioh af wat een melk- stal is. Spreekster meent wel dat het noodzakelijk is om een bestemmingsplan vast te stellen teneinde te voorkomen dat er allerlei bouwwerken verrijzen Zij is het met de vorige spreker eens en verzoekt burgemeester en wethouders eveneens de aanvragen voor nieuwbouw met soepelheid te behandelen. De heer Tulner ziet een bestemmingsplan als leidraad volgens hetwelk je te werk moet gaan. Hij vindt echter dat in dit plan de agrariSrs wat aan banden gelegd zijn en ver zoekt burgemeester en wethouders weer de nodige soepel&eid te betrachten. Spreker verzoekt met name de schade die de heer Woudstra lijdt zoveel mogelijk te be— perken. Honderd m2 als opp. maximum voor een melkstal vindt hij te weinig en hij zou dit dan 00k gaarne ruimer gesteld zien. Spreker mist een gebied waar reoreatie bedreven lean worden (het gebied bij de Dokkumer Ee is vervallen) en stelt voor het gebied tussen de Brddyk-St ienservaart en Menno van Coehoomwei te bestemmen als recreatiegebiedt temeer daar Stiens in de toekomst 10.000 inwoners zal gaan tellen. De voorzitter antwoordt dat het de bedoeling is om bij nieuwe bouwwerken be— planting te eisen en dat het in bepaalde gevallen 00k al gedaan wordt. De schadeloosstelling is momenteel goed geregeld. De moeilijkheid van de materie vereist een vertrouwen in de technici die het plan ontwerpen, aldus spreker. Het recreatiegebied bij de Dokkumer Ee moet in gedachten worden gehouden. In dit stadium wordt het nog niet noodzakelijk geacht een dergelijk gebied op de kaart te zetten. De zoom bij de Stienservaart is bestemd als groenstrook. Dit staat echter niet in het plan vermeld omdat het nog uitgewerkt moet worden. De financiUn laten het 00k niet toe terwijl het sportpark 00k al 8 hectare reo— reatiogebied biedt. Wethouder Soepboer deelt mede dat de melkstal bedoeld is als zomerstal, zonder wachtruimte voor de koeienj 100 m2 is volgens spreker als melkplaats en opberg— plaats van veevoeder ruimsohoots voldoende. De heer Kuipers is blij met de soepelheid van het college daar men in het buiten- gebied anders aan handen en voeten gebonden zou zijn, Hij vraagt zich af of het voorschrift van gemeentewerken m.b.t. de beplanting rondom de gebouwen bindend is. Mevrouw Stolte vraagt of het bedrijf van de heer de Boer zich niet in stand zou kunnen houden als er gewoon omheen gebouwd werd. De heer Tulner vindt het feit dat er geen geld is voor het door hem voorgestel- de recreatiegebied geen reden is om het geen bestemming te geven. De weg langs de Dokkumer Ee waar 00k geen geld voor is staat w&l op het plan. Volgens de voorzitter is de beplanting die wordt voorgeschreven heel gewone goedkope, inheemse snel cpschietende beplanting. Deze beplanting wordt in overleg met de eigenaar aangebracht. Rondom een boerderij bouwsels optrekken is, aldus spreker, in strijd met een raadsbesluit om boerderijen binnen de bebouwde kom niet meer te gebruiken.

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1971 | | pagina 3