2 - De voorzitter merkt op, dat men uit eigen belang toch in ieder beroep een bepaald dcel van h.et eigen inkomen er voor over moot hebben om bij te blijven. Bij het onderwijzend personeel komt daarnaast ook nog het belang van de leerlingen. Hij wijst op het gevaar, dat er verschil in niveau kan ontstaan tussen de beide scholen in Stiens, wanneer van de ene school het personeel wel de cursussen voor onderwijsvernieuwing gaat volgen en van de andcre school niet. De mogelijkheid om de onderwijsvernieuwing door te vperen zal daardoor op de ene school veel groter worden dan op de anderemot a lie kwalijke go volgen van dien. Hij vraagt zich af hoe de ouders hier- over z.ullen denken* .1 - De heer Greydanus zegt, dat men zeker wel een bedrag voor het bijhouden van de vnkbekwaamheid over heeft:en dat hij persoonlijk daarvoor een niet onbelangrijk bedrag, be steed In het geval van de bijscholingscursussen ligt het z,i, geheel anaers. Deze cursussen zijn een gcvolg van een door de overheid voorgestane on derwijsvernieuwing. Deze overheid dient dan. ook de daaruit voortvloeiende xoston "to dragon en deze k.osten niet voor een - deel af te wen to Ion op het onderwijzend per soneel. Het gevaar van niveauverschil tussen beide; scholen kan hij direct nog. niet inzien. Afgewacht zal nog moeten worden tot welke resultaten deze cursussen zul len leiden. Het door het personeel ingenomen standpunt wordt door burgemeesteren wethouders als negatief aangemerkt en een negatieve houding ge-noemd. Tegen deze kwalificatie maakt de heer Greydanus bezwaar. Hij merkt daar- bij op, dat met evenveel reden het standpunt van burgemeester en wethgu- dersois negatief zou kunnen worden bestempeld. Het onderwijzend - perso neel draagt zelf de reiskosten en zal vele uren extra moeten bestcdon aan dit werk. Deze uren kunnen ...niet tege] iikertijd aan. het andere school— werk Door burgemeester en wethouders wordt gesteld, dat de gemeente wat het ondorwijs bctreft zoveel mogelijk tracht gclijk te schakelen met do gemeente Leeuwarden. Als voorbeelden worden o.a. genoemd vacant!os en schodltandverzorgingsdierist De heer Greydanusantwoordt daarop,dat er vanuit het gezichtspunt van het personeel geen gelijkschaling is als cursisten uit Leeuwarden-dos cursus kosteloos kurinen volgen on de curgCisscn uit Lc euwar d or ad e o 1 de helft van het cursusgeld zelf moeten betalen. Wethouder Socpboer zegt, dit het positie.f zou zijn.geweest om wel mee te doen en tijdens de cursus te trachten alsnog de resterendef50, van het A.P.S. terug te krijgen. Hierop antwoordt de. heer Greydanus, dat duidelijk isgesteld dat het A.P.S. allien de cursiten uit Leeuwarden vergoed. Zij kunnen het negatieve van hun houding niet inzien. De heer Offringa wijst er op, dat er een wet in voorbereiding is die de bijscholing zal gaan re go lenHij veronderstclt dat er daarom binnenkort wel meer bijscholingscursussen zullen kom'en". De conclusie van burgemeester en wethouders is", temeer omdat uit me- dedelingen door de heer Offringa tor vergadering gedaan, blijkt dat deze" cursussen zijn bedoeld om samen als onderwijzend personeel de komende jaren te experimenter-en met bepaalde vormen van onderwijs, waar- uit uiteindelijk een keus moet worden gemaakt, waarbij het onderwijzend personeel uiteraard zelf ook groot belang he.eft, dat door de handels- wijze van het personeel de boot geheel wordt gemist, omdat de in het geding zijnde bijscholingscursus slechts enmaal zal .worden gegeven.

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1972 | | pagina 10